Nieuws
Nieuws
Sportvrienden,
Ter info onze, gezamenlijk met Terneuzen, opgestelde brief aan de NPO en de Afdeling m.b.t. de Internationale vluchten.
Met vriendelijke groet
IFC Zeeland
Jaap Bruggeman, secretaris
Tel. 06-51841198
|
Ze zien eruit om door een ringetje te halen, enkele duiven zijn nog flink in de rui maar verder zo glad als een paling en hebben allemaal krijtwitte neuzen.
Deze week de landing en tevens constateerplek flink veranderd en dat ziet er nu ook prima uit. Ik had Brandy uitgelegd wat ik wilde (een constateersysteem in het dak van de ren) en hij heeft daar een prachtig nieuw systeem voor bedacht. Maar ik houd niet van obstakels in de valplank dus hebben we dat omgebouwd zodat de duiven nu een obstakel vrije valplank hebben.
We zijn nu bezig met de sloop van het kweekhok en daar hopen we dan een klein hokje neer te zetten. We zullen daar met een paar koppeltjes duiven grote fond gaan spelen (ochtend lossingen).
Omdat we in onze club in Lekkerkerk echt een hele ploeg gespecialiseerde grote fond liefhebbers hebben die wekelijks met de top van Nederland mee draaien, zijn we ons bewust dat we dan van goede huizen moeten komen om een rol van betekenis te kunnen gaan spelen.
Maar we weten ook dat heel veel factoren die heel belangrijk zijn bij het programmaspel ,zoals ligging, plek in de auto etc., veel minder van belang zijn bij de verdere vluchten. Daar gaat het toch voornamelijk om de kwaliteit van de duiven.
We hebben net voordat Johan Vink uit Balk stopte met de actieve duivensport zijn “Marseille” doffer kunnen kopen. Wat deze doffer presteerde kun je wat mij betreft vergelijken met een 1e nat Barcelona (In België) met duivenweer. Ook kochten we een zoon van deze ”Marseille” die toen was gekoppeld met “Jada” en nog 2 zonen van “Jada” die toen gekoppeld stond tegen een zwaar ingeteelde “MG 430” doffer (MG 430 is een zoon “miss Gijsje”).
Afgelopen zomer kwam ik via duivenvriend Piet bij zijn vriend Rinus terecht. Ik had ooit bij Rinus zijn duiven geselecteerd en Rinus moest door ziekte gedwongen stoppen. Rinus had een indrukwekkende ploeg zware fond duiven zitten met als basis het oude “Oostenrijk” soort.
Door zijn ziekte had Rinus de laatste jaren nog amper ingekorfd. Ik mocht bij Rinus een paar duiven uitzoeken. De duiven zaten los in het hok en als alles door het hok heen fladdert valt het nog niet mee om wat uit te zoeken. Na een aantal duiven te hebben bekeken viel mijn oog op een rode doffer die zich gedroeg als een jaarling.
Die rode doffer liep met zijn vleugels omhoog door het hok te paraderen en klapte als een weduwnaar van de ene plek naar de andere. Ik vroeg aan Piet of hij die doffer eens wilde pakken. Toen ik die doffer in mijn handen kreeg wist ik direct dat ik iets bijzonders vast had.
Alles wat ik in een goede duif zoek had deze doffer. Ik vroeg Rinus hoe hij aan deze rode doffer kwam. Rinus had jaren geleden 4 late jongen bij Benno Kastelein gekocht. Toen ik op de ring keek bleek hij al 10 jaar oud te zijn terwijl ik dacht dat het een jaarling was. Ik ging naar huis met deze geweldige rode doffer en een stamkaart, die destijds maar heel summier was ingevuld door Benno.
Toen ik thuis kwam bleek de vader van die doffer een zoon van “MG 430” te zijn, een halfbroer 1e nat Barcelona, ( hij kwam uit zoon “miss Gijsje” x dochter “miss Gijsje”) en zijn moeder kwam uit het basis koppel van Harold Zwiers (1336 x Morsje). Wat dit basiskoppel van Harold aan superduiven heeft gegeven is ondertussen genoegzaam bekend.
Het was dus niet zo vreemd dat ik als een blok voor deze doffer viel en Rinus dankbaar ben dat ik hem mee mocht nemen.
We hadden dus ondertussen al 5 kweekdoffers zitten voor de grote fond en slechts één duivin (New Jada van Johan Vink). In onze club speelt ook een liefhebber absolute top met hetzelfde lijntje als die rode doffer. Toen ik aan het eind van de zomer bij hem op bezoek was en deze duiven allemaal in handen kreeg, keurde, en echt super vond, probeerde ik wat late jongen van dit super presterende bloed te kopen. Maar deze liefhebber weet wat hij in huis heeft en wilde toen niets aan mij verkopen. Ik begreep dat overigens heel goed!
Gelukkig is hij niet de enige liefhebber die succesvol is met deze duiven en dit weekend verkocht Benno Kastelein een paar laatjes uit zijn kweekduiven. Benno zijn hele bestand bestaat voornamelijk uit deze bloedlijn. Ik heb vrijdagavond 3 duivinnetjes kunnen kopen met een prima afstamming uit Benno’s favoriete duiven. We gaan ze dinsdag halen en als ze naar mijn zin zijn dan hebben we een goede basis om tegen de Johan Vink doffers te kunnen zetten en is het “Miss Gijsje” bloed alom vertegenwoordigd in bijna al mijn te kweken duiven.
We kunnen dan direct spreken over een mooie nieuwe stammetje overnacht fond duiven. Gebaseerd op de duiven van twee topspelers Johan Vink en Benno Kastelein en bijna allemaal voorzien van een hoog “miss Gijsje” gehalte.
Deze duiven kruisen we heel af en toe met iets bijzonders, zoals we dit jaar gedaan hebben met Ton Willems. Daar heeft een van mijn “Jada” zonen gekoppeld gezeten tegen zijn “Dochter Bonte Barcelona”, ook een wereld duivin!
Zo bouwde ik in de jaren tachtig ook in enkele jaren een superstammetje overnachtfond duiven op. Met slechts een paar duiven van Frans van Peperstraten, Ko van Dommelen, Arie van Erkel en van de Wegen, die we allemaal met elkaar kruisten, speelden we gelijk aan de top.
En dat deden we op een hokje van 3 meter in een klein tuintje in een nieuwbouwwijk in Ammerstol. We werden zelfs 2e Grote fond kampioen van heel Zuid-Holland. De 1e kampioen werd toen het miljoenen hok van de Thaise zakenman Bulakul, die alleen al 3 verzorgers had rondlopen op een boerderij vol met aangekochte topduiven. Verschil moet er tenslotte blijven!!
Weekje weggeweest met de familie naar het Griekse eiland Kreta.
Op mijn telefoon heb ik compu-cloud en bekeek de 12 kweekdoffers en 14 kweekduivinnen. In mijn hoofd ontsproten een paar mooie koppelingen. De komende tijd ga ik samen met broer Peter en Steef bekijken wat we definitief op elkaar gaan zetten. Bij de vliegers zet ik mijn 10 beste duivinnen op mijn 10 betere doffers. Gewoon goed x goed.
Dat worden veelal kruisingen van eigen soort tegen Verkerk of Koopman duiven. De overige 10 koppels gebruik ik als ‘overleg koppels’ voor de kwekers. Uit de kruisingen van de afgelopen 2 jaar zitten ook een paar ‘knappe’ in de vliegploeg.
Zo heb ik snel 2 ronden uit de kwekers en een ploegje uit de betere vliegers. Wanneer het lukt moet ik toch ruim 50 jongen kunnen afzetten met een miniem verschil van leeftijd. Tegelijkertijd zal een ploeg duiven van Teamgenoot Dirk Klaassen afgezet worden. Ook daar verheug ik mij op! Dirk heeft een fantastisch kweekhok. Allemaal rechtstreekse duiven van Bas en Gerard Verkerk en Gerard Koopman.
Uit zijn Capone koppel heb ik prima nazaten, maar ook uit een zoon van Avatar en de Ton zitten veel belovende duiven. Ook uit een zoon van ‘triple one’ zitten duiven waar ik nu al van gecharmeerd ben. De andere duiven wil ik niet te kort doen, zeker wanneer ik de referenties lees, die Dirk binnenkrijgt. Ik laat mij dan ook verrassen wat Dirk voor mij in petto heeft😉 De vliegploeg bestaat uit 20 doffers en 40 duivinnen en daar gaan we de competitie/strijd, van het begin tot het eind, mee aan.
In de 2 afdelingen voor de jonge duiven wil ik komend jaar zo weinig mogelijk leeftijdsverschil hebben. Is voor de duiven beter en voor mijzelf makkelijker. Niet alleen bij het loslaten, trainen maar ook bij de vaccinaties, alle drukte in één keer. Scheelt een hoop schrijfwerk en bijhouden.
Plannen genoeg, dat hoort bij het winterseizoen en maakt het leuk.
Afgelopen zondag was de veiling van WdB en dat werd wederom een daverend succes. Duiven met een geweldig genenpakket. Allemaal jonge duiven die uit super gevlogen duiven komen en vaak al bewezen hebben die goede genen door te geven!
80 duiven brachten bruto meer dan 1.6 miljoen op, meer dan 20.000 euro gemiddeld. Ongelooflijk.
Ik zie genoeg verkopingen voorbijkomen waar duiven aangeboden worden uit achter(achter) kleinkinderen van een broer of zus van een superduif. Een glas witte wijn met soms één klontje ijs vind ik nog verfrissend. Met 3 klontjes ijs, is de smaak eraf en is de wijn verwaterd. Bij duiven zie ik het ook zo, het genen pakket is misschien nog licht aanwezig maar veelal verwaterd door generaties duiven die zelf niet gepresenteerd hebben. De toppers kweken alleen uit absolute kopvliegers, kopen uit het beste of doen samenkweek met supers.
Moeten wij bij de pakken neerzitten? Tuurlijk niet, mogelijkheden genoeg!!
Een jonge duif kopen van 20.000 euro? Geen haar op mijn hoofd die daar aan denkt.!! Alleen maar met ‘krijgertjes’ proberen hoge toppen te scheren is niet reëel, een duif op een bonnetje mits op het juiste moment gehaald (vooral geen haast hebben) kan positief uitpakken. Einde seizoen eieren of duifjes van de vliegers halen bij een kampioen kan ook verrassend goed uitpakken. Elkaar helpen, gunnen komt ook nog voor.
Ogen en oren openhouden en je voelsprieten gebruiken.
Over de registratieplicht duivenhouders kom ik mijn volgend Blog terug.
Met ingang van 1 januari of 1 februari 2025 wordt het verplicht om het houden van postduiven die aan wedstrijden of tentoonstellingen deelnemen te registreren. Het betreft een registratieplicht welke zijn oorsprong vindt in Europese regels met als doel om de verspreiding van besmettelijke ziekten te voorkomen. De Europese regeling bestaat al enige tijd en tot dusver heeft Nederland een afwachtende houding aangenomen met het doorvoeren van deze registratieplicht. De afgelopen maanden is over de registratieplicht contact geweest met het ministerie van LNV binnen KleindierNed verband. De registratieplicht raakt namelijk ook andere vogelsoorten. Voor o.a. het houden van paarden en het fokken met honden (ook al is het maar 1 nestje) is er al eenzelfde registratieplicht.
Dit is wat we dusver weten:
- registratie van de locatie waar de duiven gehouden worden is eenmalig
- het is (voorlopig) gratis
- er hoeven geen aantallen duiven en of ringnummers te worden doorgegeven.
We hebben onderzocht of de NPO de registratieplicht op zich kan nemen voor haar leden. Dat is helaas niet mogelijk. Elk lid dient zelf zijn/haar duiven te registreren en daarvoor is een BSN-nummer en DigiD nodig. Er is ons toegezegd dat het register niet openbaar is en bijvoorbeeld niet ingezien kan worden door gemeenten.
De NPO zal een handleiding maken voor hoe het registreren werkt. Registratie kan dan bijvoorbeeld in verenigingsverband plaatsvinden op een avond. Liefhebbers kunnen zich op de registratie voorbereiden door het aanvragen van een DigiD als men dat nog niet heeft. De registratieplicht is een voorbeeld van hoe we steeds meer te maken krijgen met Europese en nationale regelgeving in de sport. Wanneer een liefhebber die aan wedstrijden of tentoonstellingen deelneemt de locatie waar zijn duiven gehouden worden niet registreert, dan kan de NVWA een bestuurlijke boete opleggen.
Wat we ook steeds vaker zien is dat liefhebbers door met name de NVWA worden gecontroleerd. De controles zijn vaak na klachten door derden en hebben dan betrekking op zaken als huisvesting, voeding etc. Voor dat doel heeft de WOWD een zgn. Houderijrichtlijn postduif opgesteld. De andere organisaties die deel uit maken van KleindierNed hebben dit ook gedaan voor de diersoorten die door hun gehouden worden. De Houderijrichtlijn is gepubliceerd op onze website. Het doel van de Houderijrichtlijn is om eenduidige regels te hebben waaraan een liefhebber minimaal moet voldoen bij het houden van postduiven zodat daar geen misverstand over is bij een controle. Bij een controle kan een liefhebber naar deze Houderijrichtlijn verwijzen.
De basis van deze Houderijrichtlijn is het scheppen van zodanige voorwaarden dat het welzijn en de gezondheid van de postduif gewaarborgd is. Deze borging richt zich op het kunnen uitoefenen van het natuurlijk gedrag, het in stand houden van een goede gezondheid, het bieden van een goede huisvesting en een goede voeding.
Met de door de WOWD opgestelde regels kunnen we prima leven. Zo is bijvoorbeeld ten aanzien van huisvesting het volgende bepaald
Huisvesting:
Postduiven kunnen ondergebracht worden in volières of gesloten hokken of een combinatie daarvan. Deze kunnen beschikken over een uitvliegopening waar de duiven door naar binnen en naar buiten kunnen. De ruimtes dienen voldoende groot te zijn voor het aantal duiven dat erin is ondergebracht waarbij als richtlijn gebruikt kan worden dat er voor alle duiven een zitplek aanwezig dient te zijn. Broedhokken worden ook als zitplek gebruikt door zowel de doffer als de duivin (een broedhok telt dus voor 2 zitplekken als de duiven gekoppeld zijn). Duiven kunnen prima tegen lage en hoge temperaturen. Bij hoge temperaturen (≥ 28°C) dienen de duiven over voldoende water te beschikken. Duiven reguleren bij hoge temperaturen hun lichaamstemperatuur door middel van evaporatie en moeten daarom regelmatig het water dat aan hun lijf onttrokken wordt kunnen aanvullen.
Regelgeving rondom het houden van dieren en controles horen er nu eenmaal bij in deze tijd. Het NPO Bestuur onderschrijft de focus op dierenwelzijn. Tevens zet het NPO Bestuur zich ervoor in dat onze liefhebbers zo eenvoudig mogelijk kunnen voldoen aan de regels.
https://www.duivensportbond.nl/artikel/registratie-postduiven-en-houderijrichtlijn
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Straks op zaterdag 26 oktober in 2024 als de duivenkampioenen van de afdeling Limburg worden gehuldigd dan zal hij zeker present zijn. En daar bedoel ik Dennis Veugelers uit Nieuwstad mee. Hij zal er niet alleen zijn als toeschouwer maar ook om weer gehuldigd te worden. Het afgelopen seizoen van 2024 heeft hij weer met zijn duiven prestaties geleverd die bijna niet zijn te evenaren. Bij de Afdeling Limburg liet hij op Sens van 22 juni 6005 duiven sneuvelen en dat deed hij nogmaals van Issoudun op 28 juni tegen 1498 duiven. Terwijl toen de meeste topduivenmelkers worstelden met de slechte weersomstandigheden wist hij zijn duiven precies op het juiste moment in topconditie te brengen. En hij zorgde er voor dat zijn duiven die topconditie lange tijd vast hielden. Want in zijn samenspel “de Roerstreek” kreeg hij het spits om daar 14 wedvluchten te winnen en dat tegen menige andere succesvolle tegenstanders. Wat betekent het winnen van deze wedvluchten voor de kampioen? Wat doet dit met hem op persoonlijk vlak? Nu hij op het hoogtepunt van zijn carrière staat weet ik van hem dat hij zijn passie voor de duivensport thuis bij z’n vader heeft mee gekregen. Dennis de liep nog in de luiers toen zijn vader Peter reeds een naam als duivenkampioen had hoog te houden. Het zal nu wellicht zo zijn dat hij bij elke behaalde overwinning terugdenkt aan zijn eerste duiven die hij als tiener verzorgde. In het afgelopen seizoen heeft hij weer een belangrijke timing gehad. Door een onvoorstelbare zomer met hitte en vol stormige winden verstond hij de kunst om toch zoveel overwinningen te boeken. Volgens mij was het dit seizoen niet alleen zijn ervaring die hem deze overwinningen bracht, maar ook zijn uitzonderlijke geduld bij het kiezen van de juiste momenten om zijn duiven te laten rusten. Maar het is niet alleen Dennis die er zo over denkt en doet. In zijn roemrijke successen nemen ook zijn vriendin en zijn ouders deel. Op zijn eigen adres met zijn vriendin Chanou samen, worden de duiven gespeeld onder de naam Team Veugelers en thuis bij zijn ouders waar hij samen met Pa en Ma de duiven verzorgt daar wordt gespeelt onder de naam Dennis Veugelers. In het vliegseizoen begint de vroege ochtend voor hem met het verzorgen van de duiven. Een ritueel dat net zo precies is als het laten trainen van zijn duiven. Mede door zijn topprestaties door de jaren heen kun je wel zeggen dat de naam van Dennis welhaast een magische klank heeft gekregen in de Nederlandse duivenwereld en ook in de naburige landen. Zelfs tot in het continent China. En het mooie daarvan is dat de prestatiecurve van die betreffende Dennis nog steeds niet tot staan gekomen is maar zelfs in een stijgende lijn is. Pure klasse van duiven bezit deze liefhebber en dat is ook de oorzaak waarom hij een veelvoudige Nationale en Provinciale winnaar is. En het is vanzelfsprekend dat hij ook overal de nodige titels heeft gewonnen. Natuurlijk! De duiven waarmee hij zo geweldig presteert dat zijn er die al vele seizoenen bewezen hebben wat ze in hun mars hebben. Onvergankelijke roem hebben hem die duiven bezorgd en vele van die duiven zijn al een levende legende binnen de duivensport. En ik neem de vrijheid om te zeggen dat Dennis duif is en de duif Dennis is. Bij hem is de duif en de sport pure passie. Als zich in het nieuwe seizoen op de losplaats de lucht weer vult met duizenden snelle fladderende vleugels dan zal Dennis thuis zijn duiven opwachten en weten dat zijn beste duiven op het punt staan om te thuis te komen. Zijn diep geloof van binnen die zegt hem dan dat ze voorbestemd zijn om grootste dingen te doen. (Pie Schepers)