Nico van Veen
- zondag 20 augustus 2023
De afgelopen weken heb ik veel hokbezoeken afgelegd en wat mij dan altijd weer opvalt is dat er zoveel onjuistheden voor waar worden aangenomen. In het gewone leven is dat niet anders, maar ik heb me de afgelopen periode weer meermaals verbaasd over de onzin die in de duivensport wordt verkondigd en waar ook nog naar wordt geluisterd door mensen die beter zouden moeten weten. Bijvoorbeeld de volgende uitspraak die ik optekende; “Ik wil geen ren voor mijn jonge duivenhok want daar worden ze lui van. Ze liggen dan met mooi weer de hele middag op hun zij in de zon en willen dan ook niet meer trainen.” Dit soort loze kreten zijn nergens op gebaseerd en een verstandig liefhebber laat dit zijn ene oor ingaan en het andere weer uit. De meeste duivenmelkers gaan echter veel te vaak uit van wat zij zelf willen in plaats van zich in de duif te verdiepen en proberen te achterhalen waar die behoefte aan heeft. Als een duif langdurig in de zon ligt heeft die daar behoefte aan. Als een duif zich probeert te baden bij de waterbak heeft die behoefte aan een bad en moet je niet de waterbak weghalen zoals laatst iemand zei, maar moet je de duiven (vaker) een bad geven. En zo kan ik nog wel even doorgaan. De meeste grote kampioenen of hun hokverzorgers weten wat een duif op elk moment nodig heeft en horen de onzinverhalen zoals hier genoemd niet eens.
Interessante hokbezoeken
Een interessant en leerzaam bezoek was onder andere een bezoek aan de grote Belgische kampioen Jos Joosen, onder andere winnaar van twee internationale vluchten en honderden andere grote aansprekende successen. Met hem gesproken over selectie, vrij paren, natuurlijke gezondheid, duivenhandel, duivendiefstallen en nog veel andere onderwerpen. In één van de volgende columns laat ik hem aan het woord. Een ander bezoek wat mij ook nog lang zal bij blijven was een bezoek aan Martin van Zon. Martin is vooral de laatste jaren bekend vanwege de hokken die zijn naam dragen, maar ook zeer bekend als keurder/selecteur en koppelaar. Ik had van te voren niet gedacht dat we zoveel gemeen zouden hebben. Over heel veel zaken denken we exact hetzelfde en ook beoordelen we de duiven op vrijwel dezelfde manier. Ook voor Martin zijn de spieren en het oog zeer bepalend voor de waarde van de duif en het was een genoegen om met hem ervaringen uit te wisselen. Net als ik is Martin ook zeer geïnteresseerd in andere vogels en de natuur. Ook Martin komt nog aan het woord in één van de volgende columns.
Referenties
We zijn inmiddels aan het eind gekomen van het oude duivenseizoen. De afgelopen weken waren het vooral de marathonvluchten die ik met speciale aandacht volgde. In mijn klantenkring en netwerk bevinden zich veel marathonspelers en het doet me dan ook veel deugd dat diverse van deze liefhebbers aan de kop van de afdelings- en nationale uitslagen te vinden waren van Limoges, Pau, St Vincent, Ruffec, Bordeaux, Agen en Marseille. Een aantal van hen lieten dat ook op mijn gastenboek weten waar ik uiteraard blij mee ben. Inmiddels zijn er de afgelopen jaren tientallen top 10 noteringen behaald op nationale vluchten met duiven uit koppels die ik heb samengesteld. En daarbij in ogenschouw nemende dat deze koppels niet op de bekende tophokken zitten, maar bij de “gewone” liefhebber die doorgaans niet het geld heeft voor dure investeringen, geeft mij dat veel voldoening. Hier doe ik het voor.
Systemen
Heel vaak wordt mij gevraagd naar een systeem v.w.b. voeren, toedienen van supplementen en medicatie, entingen, training, enz. Kennelijk hebben heel veel liefhebbers behoefte aan een houvast. Tot nu toe heb ik altijd aangegeven dat de verzorging van de duiven op ieder hok anders is en zeer afhankelijk van zaken als beschikbare tijd, de spelsoort waarop je wilt uitblinken en ook het soort duiven dat je op je hok hebt. Verreweg de meeste liefhebbers die jarenlang op topniveau presteren hebben geen systeem en doen alles op gevoel. Dat houdt bijvoorbeeld in dat er nooit voer wordt afgewogen, (extra) supplementen alleen worden toegediend als de liefhebber vermoed dat ze ergens tekort aan hebben, hetgeen eveneens geldt voor het toedienen van medicatie. Ik blijf dan ook bij mijn standpunt dat het leren aanvoelen van wat een duif op ieder willekeurig moment nodig heeft, essentieel is voor het behalen van succes, maar realiseer me inmiddels wel dat dit niet voor iedere liefhebber een haalbaar doel is. Een goed voedingssysteem is als rode draad/richtlijn prima en als daarbij maatbekers, lepels en weegschalen gebruikt worden als hulpmiddel voor de liefhebber, kan ik daar wel vrede mee hebben, maar ideaal is het zeker niet.
Op eigen hok
Op ons hok staat de teller van roofvogelslachtoffers dit jaar inmiddels op ongeveer 50 stuks, waarvan het overgrote deel jonge duiven. Extra jongen kweken van de 3e ronde heeft het aantal slachtoffers flink doen toenemen met als gevolg dat er van die ronde niet veel meer over zijn. Duiven van een ander hok hoeven we ook niet bij te plaatsen weten we inmiddels, want daar blijft geen enkele duif van over.
We hebben de focus op de dagfond en de éénhoksraces, maar ook op andere vluchten wordt wel meegedaan, echter kopprijzen worden daar minder verwacht. Groot was onze verrassing dan ook toen we zondagmorgen in de stromende regen een vroege duif klokten op de Olympiadevlucht Helmstedt. Er werd vrijwel alleen door liefhebbers uit afdeling 10 en 11 aan meegedaan, dus de deelname was niet heel groot helaas. Maar van sector 4 uiteindelijk de snelste duif te draaien was toch een hele mooie belevenis.