Nick van Adrichem
- maandag 03 september 2018
Vincent Vork: Op St. Vincent ZLU weer de sterkste!
Het jaar 2018 zal de boeken in gaan als één van de zwaarste, zo niet het zwaarste jaar in de duivensportgeschiedenis. Bijna het gehele seizoen warm, droog weer en wind uit noordelijke richtingen maken dat -nog meer dan anders- het kaf van het koren wordt gescheiden. Zien we talloze -ook gerenommeerde- hokken afhaken, in het plaatsje Noorden is er één die ook nu weer op uitzonderlijk niveau presteert: Vincent Vork! Op Pau wist hij al de 1e in de Fondclub te pakken (29e Nationaal), op St. Vincent was het wederom raak: 1e in de Fondclub, 1e Nationaal en voorlopig de 6e Internationaal!
Vincent had vrijdagavond tot 23.30 uur zitten letten en hij was er eigenlijk van overtuigd dat er die avond nog één zou door komen. Dat lukte niet, maar de andere morgen was het al vroeg raak: om even na zessen kwam “Tomba" langs het huis aanzetten. De doffer viel op de ren en snel daarna liep hij binnen. Er was op dat moment alleen een duif in Hulst bekend om 5.38 uur, maar die vloog ruim 100 km korter, dus die zou geen probleem vormen. Al snel werd duidelijk dat deze prestatie door niemand meer zou worden verbeterd en was de Nationale zege een feit. Met een snelheid van 1.066 m/min wist alleen deze geweldenaar samen met nog een andere duif de grens van 1.000 m/min te slechten. Dit geeft wel aan hoe zwaar het weer was.
De winnaar is een kras-witpen doffer met ringnummer Nl14-1083897. Hij kreeg de naam “Tomba" Samen met vier hokgenoten (doffers) ging hij de mand in op een groot jong en broedend op stenen eitjes. Vincent klokte naast de overwinnaar nog twee prijsduiven om 10.25 en 11.55 uur. Vader van de nationale winnaar is de kras “273" van ´14. Hij vloog in 2014 de 77e Nat. St. Vincent (Sect. 2 - 3343 d). (o.a. soort Van de Wegen en Verwey-de Haan) Moeder is het “Blauw 662" van ´12. Zij vloog o.a. 46e Nat. Tarbes (Sect 2 – 2185 d), 60e Nat. Pau ZLU (3788 d). Ouders komen rechtstreeks van Jaap van der Velden, Zuid Beyerland. Zij is een kleindochter van “Rocky" 1e Nat. Mont de Marsan. Een zus van de “897" is het “365" van ´14. Zij vloog bij Toon van Vliet uit Aarlanderveen o.a. een 7e Nat. St. Vincent ( Sect. 2 – 2921 d), 30e Nat Agen (3367) en 57e Nat. Bergerac (3744 d) en was 1e Kampioensduif Glazen Stad in 2016, 3e Duifkampioen Afd. 5 – Zuid-Holland en 8e Nat. Asduif Grote Fond. Zelf had “Tomba” eerder al een aantal “gewone” prijzen gevlogen, maar echte kop nog niet. Het aantal absolute kopprijzen in zijn afstamming rechtvaardigden echter zijn plek op het hok: en terecht!
De duiven van Vincent komen van Dick Pennings (Nico Volkens) en Jan Schreurs beiden uit NieuwVennep. Verder Piet de Haas uit Leiden (Van der Wegen) en Peter de Haan (combinatie Verwey – de Haan). Toen hij in 2012 en 2013 samen vloog met Jan van Mastrigt uit Aalsmeer kwamen er de Loos - Rijsbergen uit Roelofarendsveen duiven bij. Van Jaap Van der Velden uit Zuid-Beijerland kwamen er ook diverse. Met deze soorten slaagde Vincent geweldig en mocht zich in 2010 tot nationaal kampioen op de middaglossing laten huldigen. De lijst van behaalde kopprijzen en kampioenschappen zou te lang worden. In 2017 vloog hij nog een 4e Nat. St. Vincent ZLU, 6e Nat. Perpignan en 10e Nat. Pau. Dit seizoen was de start ook weer veelbelovend met een 29e Nat. Pau, 29e – 38e – 54e Nat. Agen (ouden) en nu 1e Nat. St. Vincent en 6e internationaal.
Velen denken dat je voor de middaglossingen heel andere duiven moet hebben dan voor de ochtendlossingen. Vincent bewijst het tegendeel. Eerst knetterhard op de NPO-vluchten en met dezelfde duiven wederom knetterhard op de ZLU-vluchten. Dus: je moet gewoon heel goede duiven hebben en als melker moet je het in je vingers hebben.
Vincent beschikt over twee tuinhokken. Een hok van 8 meter waarin drie afdelingen beschikbaar zijn voor, zoals hij ze noemt, de 20 koppels vastzitters resp. kweekduiven, ca 80 jonge duiven en de jaarlingen. De jonge duiven worden enkel een zestal keer afgericht tot aan de Belgische grens. Diverse fond liefhebbers hebben een gezamenlijk eigen vervoer het z.g. “Karretje van Oudewater"
waarmee ze de jonge duiven vervoeren. De jaarling doffers en duivinnen zitten op een afdeling samen op schabjes. Het zijn z.g. paters en nonnen. Als er een zich een koppeltje vormt schrijft Vincent de ringnummers op het koppeltje een jaar later opnieuw bij elkaar te brengen. De jaarlingen gaan vanaf de eerste vlucht mee tot en met twee dagfondvluchten. Na de rui verhuizen ze naar het hok van de oude duiven. Het tweede hok met een lengte van 7 meter heeft twee afdelingen, de deur tussen de afdelingen staat steeds open. Hier zijn 44 koppels nestduiven ondergebracht. Allen zijn twee jaar en ouder. Dit hok is voorzien van een ren welke aan alle zijden dicht is. Dit om de warmte op te vangen en te gebruiken in het hok. In de zomer zijn de ramen witgekalkt om de extreme warmte buiten te houden. Sinds kort vliegt Vincent alleen nog de morgenlossingen en zijn voorkeur gaat uit naar de ZLU vluchten. Omstreeks 20 maart koppelt hij de overjarige vliegduiven en laat ze een keer vuil broeden. Daarna worden ze gescheiden. De duivinnen zitten dan in een deel van de ren. Na het scheiden begint ook de opleiding en gaan allen wekelijks mee. Zo gaat Vincent ook inmanden in Hank of bij Brabant 2000. Daarna zet hij 10 koppels weer samen zodanig dat ze op Pau op een jong zitten van enkele dagen. Op Pau gaan alleen de duivinnen mee van deze 10 koppels. De rest koppelt hij dan een week later en deze zitten dan op Agen op een klein jong. Hier gaan dan de tweejarige doffers en duivinnen mee. De oudere doffers gaan dan naar St. Vincent en Marseille. Als de doffers weer aanstalten maken om te gaan drijven schuift Vincent stenen eitjes onder en zet de schotel met de jongen op de vloer. Hiermee bespaart hij de energie van de drijvende doffers. Hij is voorstander om rust in het hok te behouden. Als de tweejarigen dan weer broeden gaan ze naar Narbonne resp. Perpignan. Om de pennen zo lang mogelijk vast te houden wordt er vanaf maart tot de laatste week van mei verduisterd van 18 tot de volgende ochtend 7 uur 30. Daarna start hij stapsgewijs met bijlichten tot de lamp aankan van 5 uur tot 23 uur. In die periode hebben de duiven meer tijd om te eten en vullen de reserves makkelijker aan, meent Vincent. De duiven trainen, gezien de werkzaamheden in de kassen alleen in de namiddag. Alles gaat er dan uit en soms help de vlag om ze te conditioneren. Door een keer per dag te trainen blijft ook de rust op het hok bewaart, is het devies van Vincent.
Ongeacht de rest van het seizoen kan 2018 voor Vincent de boeken in als: Geslaagd! Een 1e nationaal is -zelfs voor Vincent Vork- toch erg bijzonder.
Namens de Fondclub nogmaals van harte gefeliciteerd en ongetwijfeld tot een volgende zege.
Aad van Bergenhenegouwen