- vrijdag 13 mei 2022
Vluchten rond Moederdag
Zondag 8 mei 2022. De laatste tijd, feitelijk de laatste 3 schrijfsels, begon ik meestal met “Maandag” gevolgd door de datum. Het waren de data van de stukken voor Het Spoor der Kampioenen. Door mijn GPS-analyses besteed ik namelijk meer tijd dan ooit aan het schrijven over de fascinerende sport of hobby die Duivensport heet. Echter het betekent wel dat de lezers er op mijn website een beetje bekaaid vanaf komen. Vooral als er tripjes op het programma staan (waarover later meer) dan ontbreekt de tijd om iets te delen. Maar goed, vandaag dan toch maar weer eens een poging om iets de digitale snelweg op te slingeren.
Inmiddels ligt het derde vliegweekeinde in de afdelingen die het Nationaal Vliegprogramma netjes volgen alweer achter ons. In Noord-Holland was het zelfs al de vierde vlucht. Over het algemeen verliepen de vluchten voorspoedig, al diende er gisteren voor het eerst een beetje gepuzzeld te worden om de duiven goed naar huis te krijgen. Het liep voor zo goed als alle afdelingen goed af. Al las ik hier en daar een berichtje dat de duiven in de regen moesten worden opgewacht. Op een filmpje op Facebook goot het zelfs pijpenstelen, juist op het moment dat de duiven moesten arriveren ((1) Agy Verreckt | Facebook). Maar dat was in België.
Losbare regen wordt dit door de lossingsverantwoordelijken ook wel genoemd. Het betreft buien waar de duiven “tegen moeten kunnen”. Dat wil zeggen regenbuien die qua intensiteit en duur beperkt zijn, zodat de duiven niet door en door nat worden en op de grond belanden. Ook betreft het vaak kleinere buien waarom heen gevlogen kan worden. Vooral in combinatie met een wind uit richtingen tussen Zuid en West geeft dit vaak weinig problemen. En ook bij wind tussen West en Noord is het in de regel nog goed te doen. Vooral omdat bij deze windrichtingen het zicht vrijwel altijd goed blijft.
Lossers nemen bij bovengenoemde omstandigheden meestal dan ook zonder problemen de beslissing om de deuren te openen. Al weet ik van een ervaren losser dat het na een dergelijke lossing toch nog wel vaak billenknijpen is voor de losser(s) in kwestie. Het blijft namelijk altijd een beetje onzeker hoe de buien zich ontwikkelen en of de soms steeds groter wordende buien niet juist de vlieglijn blokkeren. De zorgen zijn er dan vooral over het vluchtverloop, want de verliezen vallen bij bovengenoemde omstandigheden vaak mee. Zeker als de afstand niet al te groot is.
Gek genoeg doen de hierboven beschreven weersomstandigheden zich vaak voor rond het tweede weekeinde van mei. Zo ook dit jaar. Na een mooie start in april draaide het weer begin mei. Het lijkt bijna wel of de weergoden het weten dat het op de tweede zondag van mei Moederdag is, want vaak is het de zaterdag ervoor dubieus qua weersomstandigheden.
In het oude vliegprogramma stond er dan ook nog eens een Midfondvlucht met afstanden tussen de 300 en 400 kilometer op het programma. Hetgeen later of laat lossen er ook niet makkelijker opmaakte. In tegenstelling tot gisteren, toen alle afdelingen nog Vitesse vlogen. Omdat uitstellen naar zondag, en dus een vlucht op Moederdag, in veel melkersgezinnen niet geapprecieerd werd, stond er veel druk op de lossing (en vermoedelijk is dit nog altijd het geval). Het leidde vrijwel altijd tot een matige eerste of tweede Midfondvlucht.
Er hebben zich in mijn duivensportloopbaan meerdere van deze geforceerde lossingen voorgedaan rond de eerste weekenden van mei, maar ik kan mij één van deze vluchten nog zeer helder voor de geest halen. Het was in het jaar 2010 en er werd gevlogen vanuit Laon, op 8 mei. Een dag die de wielerliefhebbers onder ons zich misschien ook nog wel voor de geest kunnen halen, want op die dag was de “Grande Partenza” van de Giro vanuit Amsterdam. Middels een proloog die verreden werd rond het Museumplein. Een proloog die in de gietende regen plaatsvond en uiteindelijk gewonnen werd door de inmiddels tot “Sir” geslagen Bradley Wiggins. Door de late en trage aankomsten van de duiven zag ik er, als destijds ook al groot wielerliefhebber, helaas niets van.
Evenals Sir Bradley moesten ook de duiven op die dag omgaan met een wind uit richtingen die varieerde tussen Zuidwest en Noordwest, plus daarbovenop veel buien op de vluchtlijn. Vooral het laatste stuk was op die 8e mei superslecht.
Ik was er destijds op voorhand al niet gerust over want ik schreef dat betreffende weekeinde al een stuk voor mijn website voor de aankomst van de vlucht. Er was destijds nog geen Facebook om je zorgen collectief te delen (of ik was hierop nog niet actief). Zie hieronder de best wel kritische tekst. Als 43-jarige was ik toen een stuk scherper dan tegenwoordig 😊.
Zaterdag 8 mei, 11:30 uur. Als ik de eerste regels van dit stukje schrijf ben ik zojuist bijgekomen van de verbazing over de lossingen van de afgelopen uren. Iedereen heeft gelost behalve Noordoost Nederland (stand van zaken 11:00 uur). In mijn ogen nemen alle lossers onverantwoorde risico’s. Waarom niet wachten op beter weer op Zondag. Dan moet er misschien wel vanaf een dichterbij gelegen losplaats gelost worden omdat het weer in Noord-Frankrijk dan minder is, maar dat is m.i. beter dan een geforceerde lossing op zaterdag. De duiven zullen namelijk na goede omstandigheden bij de start vanaf Zuid-België onder een zwaarbewolkte hemel vliegen gedurende 160 kilometer (en voor degenen in het Noordelijke deel van Noord-Holland 230 kilometer)! De vraag is hoe hoog deze bewolking daadwerkelijk hangt. Volgens de verwachting kan deze optrekken tot 1500 – 2000 voet (500 tot 600 meter). Dit is niet hoog en zal problemen geven bij de oriëntatie.
Mijn conclusie op voorhand. Dit kan niet anders dan een slecht verlopende vlucht opleveren. Hopelijk heb ik het mis want ook ik heb 60 duiven ingemand. Misschien brengt de gunstige wind uit het Zuidwesten de duiven nog wat op. Ik hoop ook een beetje op het gezegde dat als duiven goed gestart zijn ze veel kunnen hebben. Ik verwacht dus een vlucht met grote verschillen en wellicht (overnacht) fondduiven voorop. Deze duiven kunnen vaak dit soort omstandigheden beter aan. Traditioneel hebben de duiven met Janssen-bloed het moeilijk. Ook hiervoor geldt hopelijk heb ik ongelijk.
In mijn geagiteerde zaterdagse schrijven bleek ik het overigens wel bij het rechte eind te hebben. Het werd een draak van een vlucht. Een vlucht waarop ik de duiven opwachtte zittend in het zolderraam van mijn huis zodat ik een goed zich had op de hokken. Simpelweg omdat de regen te hevig was om buiten te staan. Ik klokte een vroege duif maar beleefde er weinig plezier aan. Ook de voorspelde vroege aankomsten van overnachtfondduiven bleek te kloppen. In het destijds supersterke Rayon F van de afdeling Noord-Holland werd de eerste plaats mij ontnomen door een fondduif van de nog altijd sterk spelende Gebroeders Jacobs uit Nes aan de Amstel. Ik schreef er de zondag na de vlucht het volgende over (een enigszins ingekorte versie).
Hadden we maar gewacht tot zondag
Zondagmorgen 9 mei, 08:30 uur. Hadden we maar gewacht tot zondag is een gedachte die veel liefhebbers zullen hebben. Niet alleen in Noord-Holland overigens. Het werden namelijk vluchten met een verloop waarover ik zaterdag morgen al schreef ervoor te vrezen (Zie hiervoor de bijdrage die ik nog geen 24 uur geleden schreef). Het werd nog veel erger dan ik dacht. De snelheid van de eerste duiven viel nog wel mee maar daarna viel het hard weg. De duiven kwamen eenvoudig niet door de 160 kilometer slecht weer.
Je vraagt je af wat de overwegingen van de lossers zijn. Wisten zij meer over de weervoorspelling voor zondag dan de gewone liefhebbers? Het valt namelijk als ik nu naar buiten kijken behoorlijk tegen. Was het de gedachte aan Moederdag? Hierover bestaat het idee dat veel liefhebbers het vervelend vinden om dan te vliegen (hetgeen ik overigens niet begrijp, zij die verplichtingen hebben kunnen altijd het systeem aanzetten). Of maken de lossers elkaar een beetje gek? De losser van de afdeling Zuid-Holland besloot namelijk al om 7:55 uur te lossen. Dit was m.i. niet te begrijpen op basis van de satellietbeelden. Echter dit geeft wel onrust, als er ergens gelost wordt, wordt de druk op andere verantwoordelijken groter om ook te lossen. Ik weet niet of dit echt leidt tot deze onverantwoordelijke lossingsbeslissingen, maar ik kan mij voorstellen dat het toch invloed heeft.
Het resultaat van dit alles was echter een dramatisch vlucht verloop! Vrijwel in heel Nederland, maar nergens was het zo slecht als in Noord-Holland. Vooral in de twee Noordelijkste rayon daalde de snelheid dramatisch.
Een overzichtje van de snelheden van de eerste duif en de 100e duif per rayon.
Rayon A:
1e duif: Hans Hoekstra, Alkmaar: 1251 meter 100e duif: 1041 meter
Rayon B:
1e duif: S.P. Durge, Heemskerk: 1283 meter 100e duif: 1071 meter
Rayon C:
1e duif: J. Mannaart, Krommenie: 1267 meter 100e duif: 1100 meter
Rayon D:
1e duif: Comb C & M van Dijk, Enkhuizen: 1313 meter 100e duif: 996 meter
Rayon E:
Ton Snoek, Volendam, 1342 meter 100e duif: 1120 meter
Rayon F:
Gebroeders Jacobs, Nes aan de Amstel: 1291 meter 100e duif: 1150 meter
Een irritante niet onbelangrijke bijkomstigheid naast het dramatisch vluchtverloop is de logische resultante hiervan, namelijk het grote aantal achterblijvers. Rond het tijdstip van afslaan, 20.00 – 21:00 uur, was op de meeste hokken de helft van de duiven of zelfs minder gearriveerd. Een enkeling had 60 procent of meer thuis.
Dit is natuurlijk een slechte zaak! Immers het seizoen moet feitelijk nog beginnen en de vraag is hoeveel duiven er nog nakomen en hoe deze nakomen. Komende week staat de eerste dubbelvlucht van het seizoen op het programma. De vraag is of en hoe de duiven herstellen. Er kan veel maar met 525 kilometer voor de boeg moet een duif wel echt goed hersteld zijn. Het is dus zaak om deze week maximaal energierijk voer aan de duiven te verstrekken. De tanks moeten wel vol zijn.
Op eigen hok
Voor de vlucht van Laon diende er voor het eerst op donderdag ingekorfd te worden. Alle Midfondvluchten worden op donderdag ingekorfd. Een goede zaak voor de duiven, niet meer jakkeren op vrijdag. Een bijkomend voordeel is dat er een aantal vrijdagavonden thuis doorgebracht kan worden, een ongekende luxe. Voor Laon werden 60 duivinnen ingekorfd. Eigenlijk zouden het er 61 zijn maar de 09-517 was ik vergeten. Deze duivin had gelukt en wellicht ik ook want ik heb in ieder geval een uitgeruste duif voor Chateaudun.
De vlucht verliep ook op mijn hok dramatisch slecht. Ja, er was een vroege duif. Met de 08-149, afgelopen winter door mij met terugwerkende kracht Bonibelle genoemd, werd een 2e plaats behaald in rayon F en een (voorlopig) 13e in de afdeling. Een prestatie om vooraf voor te tekenen, maar bij een dergelijk en voorspelbaar irritant verloop gaat de aardigheid hier snel vanaf. Ook ik moest namelijk meer dan 20 minuten wachten op mijn tweede duif en dan worden de bange vermoedens bevestigd. Het wordt dan uitkijken naar iedere duif. ’s Avonds om 20:22 uur arriveerde de 39e. Nog 21 te gaan. Er zijn nog een aantal kopstukken onderweg.
Echter bij een aantal liefhebbers in de buurt was het echt dramatisch. Sommigen hadden slechts 25 procent thuis! Hopelijk komen ze nog in groten getale na. Afwachten maar, tijdens het schrijven van dit stuk heb ik er 5 zien vallen ….
Uiteindelijk viel destijds de schade op de meeste hokken goed mee. Ik meen dat ik in het totaal vier duivinnen verspeelde, plus wat laatkomers, want de week erop speelde ik er weer 52 op de Vitessevlucht vanuit Chimay. De eerste Dagfondvlucht die dat weekend vervlogen werd, werd afgelast.
Gelukkig liep het afgelopen zaterdag niet zo’n vaart. Door de korte afstanden en het opklarende weer werd het op de meeste plaatsen een prima vlucht. Een goede voorbereiding op de eerste Midfondvlucht van het seizoen. Ten opzichte van 2010 is er best wel iets veranderd.
OP EIGEN HONK
Trakteerde mijn vriendin mij vorig weekeinde op een driedaags verblijf in de zogenaamde Genting Highlands. Even weg uit de dagelijkse sleur. Een zeer populaire bestemming, letterlijk in de bergen rond Kuala Lumpur. Niet in een hutje maar in een mooi hotel, nabij een enorm entertainment complex bestaande uit een aantal enorme winkelcentra, indoor- en outdoor-pretparken, enorme hotels (bijvoorbeeld 7500 kamers in één hotel, hetgeen gelukkig niet de onze was) en een behoorlijk aantal casino’s. Op de foto’s geplaatst in dit weekstuk krijgt u enigszins een beeld hoe het er daarboven op de berg aan toegaat.
Voor veel oudere inwoners van Kuala Lumpur en omstreken vormen vooral de casino’s een aanlokkelijke bestemming. Voor de jongeren zit de aantrekkingskracht in de zogenaamde “malls”, met alle navenante luxe, qua winkels en restaurants, plus het geboden entertainment. En dit alles bij een aangename temperatuur van zo’n 22 graden Celsius, de grootste verklaring voor het succes van deze streek.
In combinatie met de uittocht naar het platteland, in verband met het einde van de Ramadan, bleek het nog een hele toer om op de plaats van bestemming aan te komen. Eenmaal daar was het echter goed toeven. Iets waarvoor wij overigens niet veel nodig hebben. Onderstaande spreuk geeft dit goed weer.
“Geluk is heel eenvoudig: er is iemand om van te houden, er is iets te doen en er is iets om naar uit te kijken”.