Petrus Stas
- zondag 15 september 2019
Zaterdagavond, weekend na een hectische week waarin er voor het werk heel wat kilometers afgelegd moesten worden.
Vera is naar Terschelling om het Rock and Roll festival mee te maken, samen met haar vriendinnen. Zelf ben ik thuis, eet mijn maaltje en geniet ondertussen van wat er op de radio wordt uitgezonden.
Radio Veronica zend "Live-Aid" uit, een festival wat in 1985 nogal wat stof deed opwaaien, zo'n moment uit je jonge jaren waarvan je precies weet waar je was. De uitzending van toen wordt integraal herhaald, zelfs met de wisselingen tussen beurtelings Wembley Londen en JFK stadium Philadelphia. Opgezet door Bob Geldof en zijn maten, toendertijd bekend als zanger van een bandje dat de Boomtown Rats heette, met een wereldhit "Don't like mondays". Het festival was bedoeld om geld op te halen voor de hongersnood in Ethiopie. Later heeft het festival Bob Geldof meer roem en invloed gebracht dan zijn muziekcarriere en werd hij "Sir Bob".
Wat ik beleefde die dag weet ik ook nog wel. 21 was ik, speelde een wereldseizoen met de oude duiven in mijn club "De Luchtpost" in Enkhuizen. Op vooral de midfond was ik de te kloppen man, ondanks dat ik slechts met een handvol weduwnaars speelde. Ik had de "10", een blauwe doffer die dat jaar 3x maal een eerste wist te spelen vanaf Pont St. Maxence, midfond op ruim 400 kilometer. Op de dag van Live-Aid werd Ruffec vervlogen. Een dagfondvlucht van maar liefst 830 kilometer. Warm weer, wind op kop, echt zomer weer, maar niet vervelend. Duivenweer, zo'n vlucht waar je naar uitkeek.
Eerder op de dag was er al een jonge duivenvlucht geweest. Er was al afgeslagen voor de jonge duiven, zoals dat vaak ging in de tijd van de gummiringen. Klokken voor de fond bleven dicht, maar wel een "controleklap" zoals dat zo mooi heette, om de tijden van de jongen te borgen. De meesten hadden niet mee op de fond, te ver, te laat in het seizoen en tekort duiven, ook toen waren dat al gangbare argumenten. In mijn club waren wel wat spelers die volledig voor het generaal gingen en dus inkorfden op deze vluchten, na Ruffec volgde ook altijd nog Bergerac, gewoon als programmavlucht.
Ik had 2 duiven in de strijd, waaronder de "71", een tweejarige doffer, zelf gekweekt uit een zoon van het vermaarde kweekkoppel van Frans Buis en een duivin uit het eigen soort, de "74", zij was zelf een goede fondvliegster.
De "71" was niet bepaald een doffer die je graag in je kleine ploegje had, alleen maar geschikt voor zwaar en ver, nam eigenlijk een plek in van de toen veel meer gewenste allrounders. Allrounders die je nu steeds minder tegenkomt, die konden knallen van 100 tot 800 kilometer. Gezien de grootte van mijn vliegploegje zat hij eigenlijk in de weg.
Ik had hem laten zitten na een mager jaar als jaarling. Hij kwam uit het goede soort, moest wat kunnen op de hele verre vluchten in Juli. Na lang wikken en wegen toch doorgezet, hij bleef, van hem werden wonderen verwacht op de verste drachten.
Tijdens het inkorven op donderdag viel me al op dat hij lichter was dan anders, maar toch vol. Geen duivin gehad, alleen een schaal, rustig de mand in moest hij. Vraag was of hij de verwachting ook kon inlossen. Flip was onze inkorver aan de ringentang, ook de grote crack in de club, hij keek nog eens extra toen hij de doffer in de mand zette. Als Flip dat deed was er wat bijzonders aan de hand.
Eind van de middag had ik mij losgeweekt van de TV, alle wereldsterren waren bij elkaar om een ongelofelijk feest te bouwen in de stadions, de hele wereld keek mee. De transistor werd neergezet in het schuurtje beneden, zelf vatte ik post op het platje voor het hok, als altijd vol in de zon, enige plek waar je de duiven kon zien vallen, verder zaten we ingebouwd tussen de huizen en schuren van de buurt. De uren tikten weg, dit keer duurde het wachten niet lang, al mijn muzikale favorieten kwamen voorbij. Ondertussen druppelden er duiven binnen in de club, ik vroeg mij af of de "71" de verwachting wel kon inlossen. Op het moment dat Eric Clapton zijn "Layla" inzet, één van mijn favoriete nummers, valt de "71". Niet supervroeg, maar wel met de bevestiging van wat ik in hem vermoedde. De kick die elke melker krijgt als er een duif valt, voelde ik dubbel die avond, bekroning van een dag die je toch al niet meer ging vergeten. Duif geklokt, gemeld, Eric Clapton maakt er ondertussen wat moois van op de radio, zijn liefde voor Layla betuigend...... Die passie, die de duivenfanaat ook zo kenmerkt, spat uit de speakers.
Het is ruim 34 jaar later als Eric weer voorbij komt, met het onverwoestbare Layla. De setting is compleet anders nu, maar toch. Er valt een donkere op het hok, dit keer in de regen. Nog een achterblijver van de africhting vanmiddag, een jonge doffer, over twee jaar moet hij minstens kunnen wat de "71" die dag van Live-Aid bewees. Eric Clapton bezingt zijn liefde voor Layla en die donkere brengt de herinnering aan de "71" terug, op die bijzondere zomerse juli dag. Heel even voel ik hoe het kippenvel over mijn arm trekt.
Tot de volgende!
www.postduivenblog.nl