- dinsdag 21 november 2023
Afgelopen week zat ik toevallig een bericht van het NPO te lezen. Meer dat er sinds corona de duiven keuring achteruit gehold zijn.
Meen van 2000 naar 400 keuringen. Je ziet hier ook de tendens van dat het allemaal niet meer hoeft of moet. Het had natuurlijk wel
zun ding, maar in de tegenwoordige tijd is het oud-bollig.
Wanneer je de duivensport bekijkt is het mijn inziens ook niet meer van deze tijd. Automatisering en aanpassen passen niet in onze sport.
Verbeteringen door drukken zeker niet. Je kunt het ook positiever vertellen zullen lezers denken, maar helaas is het zo. In de jaren 90
kwam voor mij het verval. De mensen met een zakelijk inborst gingen middelen zoeken het verschil te maken. In 1993 domineerde
Cor Hanengraaf uit Nuland het hele gebeuren in Oost- Brabant met de jonge duiven. In mijn club werd in 1994 niet meer gepoeld.
1995 kwamen de unieke werkgebieden, daarna electronisch systeem en nu thuis afslaan. Kortom de clubs gaan leeg.
Wanneer de club geen mensen meer krijgen die ergens aan meedoen gaat de club teloor en is de tentoonstelling een oplossing om
geld te verdienen.
Vroeger waren er groepen, die alle tentoonstellingen afgingen. Biertje kletsen, bonnetje kopen en ja gezelligheid. De keer erop kwamen
die mensen weer in jou club kijken en zo had de club zijn inkomsten. Tegenwoordig zijn vele bonnen verkopen via het Internet.
Minder mensen ook de tentoonstelling. Goede bonnen is ook zoiets. Meestal zorgen de kampioenen, die bonnen, maar dat kost het hun ook
een bon. Wanneer de kampioen geen bon schenkt is men boos. Jaren geleden stond ik op de Habru dag. Willem de Bruijn probeerde
een man uit te leggen waarom hij geen bon gaf. De man tetterde maar door voor die bon. Willem eindigde met sorry meneer, maar
jaarlijks schenk ik 25.000 euro aan de duivensport. Ik laat het daarbij.
Respect voor die mensen, die het toch geven. De opbrengst is zeer welkom bij de clubs. Het organiseren is ook een hekel punt. Wie
gaat er drie dagen op de club zitten. Schooien voor lootjes te verkopen en verder nog de opbouw en het afbreken van de kooitjes.
Allemaal vrijwilligers werk. Super top.
Het is makkelijk te zeggen we doen het niet meer, maar je mist heel wat geld, waar de club toch graag in mee deelt.
Zelf doe ik zelden mee.
De simpele rede nis dat wanneer de duiven een goede rui gehad hebben ik in een winterslaap ga. Duiven duvien krijgen de verzorging
minimaal. In het weekend waneer ik niet werk kijk ik op de kooien. Ik pak er soms een duif tussenuit, om te kijken hoe zwaar ben je en
zie ik luizen en of foutjes in de pennen. Borst bekijk ik qua oude dons. Sommige zeggen je hebt winter en zomer dons. Mijn onduidelijk,
maar bij donkere dons ben ik niet blij. Ik geef ze dan een weekje gerst om wat dons te gooien. Eind januari de paratyfus spuit. Maart
paramyxo, april ontwormen en ontluizen. Dan zijn ze schoon en dan ga ik nadenken hoe of wat. Palnnen maak ik niet, wel richtlijnen met
invliegen. Ik hou de overnachters rustig, min mogelijk elkaar tonen, geen medicijnen en niet t intensief laten trainen.
Kortom mijn weg naar Rome.
Henri Wittens