Gert van den Bogaard
- zaterdag 04 april 2020
.Ik zit de laatste weken nagenoeg in quarantaine thuis. Mijn ontspanning is alleen maar het verzorgen van mijn duiven.
Ik durf de straat niet meer op. Alleen ga ik de deur uit om naar de supermarkt te gaan. Ik moet toch eten! En bezoek krijg ik ook al niet.
Jawel, maar voor even en op afstand. Gisteren stond mijn dochter voor de deur met een kom tomatensoep.
Blij en verrast hield ik de deur open om haar binnen te laten.
Ze deed enkele stappen terug. Nee pap, dat kan nu niet zei ze verontwaardigd.
Ik kan nu niet binnen komen en u begrijpt wel waarom. Ik kreeg geen knuffel en zelf geen hand van mijn dochter.
Daar stond ik dan met demond vol tanden en met mijn kommetje soep op de stoep.
Mijn kluizenaarsgevoel voelde ik toen heel sterk.
De avond van te voren had ik naar een live uitzending van de NOS gekeken waarin experts de feiten over het coronavirus ontrafelden.
Terwijl ik dat allemaal aanhoorde werd ik geleidelijk aan een beetje angstig.
Niemand overleeft die pandemie dacht ik voor momenten. Ik dacht aan de Spaanse Griep van 1918 toen naar schatting 20 miljoen mensen stierven.
Maar dat is verleden tijd. Ik relativeerde met te denken dat in die tijd de medische wereld nog in de kinderschoenen stond en de griepspuit toen nog uitgevonden moest worden.
En tegenwoordig, nu alle 50-plussers een spuitje tegen de griep halen,vallen nog iederjaar doden.
Blijkbaar worden de mensen nu pas bewuster over de “moordenaar” met de naam coronavirus.
Het is wel degelijk heel erg gevaarlijk.
En de reputatie die het virus heeft die zaaide bij velen paniek. Sommige mensen sloegen al aan het hamsteren.
Die verloren al direct het gevoel over hun controle en werden bevangen door angst.
Het moet in de boeken geschreven staan dat als mensen geconfronteerd worden met een hele kleine virus wat je niet kunt zien of voelen,dat ze dan snelin de war geraken.
Onze Koning en ook de Premier deden hun best om informatie te geven over de ernst van de situatie en riepen op dat de mensen ondanks alles niet bang hoefden te worden.
En hou op met hamsteren de magazijnen zitten propvol met van alles
Maar toch voelt iedereen het corona dichterbij komen en blijft het een bedreiging.
En meteen ook is het bijzonder moeilijk om je er tegen te beschermen. Ik druk mijn neus in mijn elleboog als ik moet niezen, ik was mijn handen vaker als anders en mijnneus snuit ik inpapieren zakdoekjes.
En omdat ik nu niemand meer een hand mag < en kan geven > , daarom neem ik nu mijn duiven vaker in mijn handen.
Toen die me in 1946met de duivenbacterie opzadelden had ik er geen notie van dat ik dit virus niet meer zou kwijt raken.
Ik werd er mee besmet en wat nog erger is,ik raakte verslaafd.Prettig verslaafd.
Nu zijn m’n duiven mijn allerbeste vrienden en wat ben ik blij dat ze me bezig houden.
Ik zit niet met mijn handen in het haaren heb ook nog geen mondkapje op. Ik hoop dat ik ook niet in zo’n positie terecht kom.
De tijd zal het me leren !!!Pie.