- donderdag 17 mei 2018
Van niet-liefhebbers hoor je soms hoe duiven fascineren. Van vele honderden kilometers feilloos de weg naar huis vinden? Ze krijgen er zowaar bewondering voor. Een sportgenoot die zijn naam liever niet gepubliceerd ziet wordt evenzeer geboeid door dat feilloos navigeren van duiven. En zeker nadat hij van een Chinees wat ‘gps ringen’ gekregen had die hij de duiven om kan doen en ook de benodigde software. Nu zou hij ze op hun thuisreis kunnen volgen.
En naarmate hij meer ‘onderzoek’ deed veranderde zijn fascinatie bijna in een obsessie. Vanwege het gene die ‘gps ringen’ om de poot van duiven hem leerden. Welke ‘grote fond man’ droomt er trouwens niet van zijn ‘goede’ op zijn thuisreis van Barcelona te kunnen volgen? Of te zien waar hij de nacht doorbrengt? Duiven volgen? Met de laatste moderne hulpmiddelen kan je meer dan dat.
STEEDS MEER
Je kan zien waar duiven zich bevinden en ook hoe hard ze vliegen, op welke hoogte en waar en hoe lang ze eventueel pauzeren. Zo hebben Michel Beekman en Falco Ebben (beide Nederland) meerdere keren hun duiven gevolgd hun duiven gevolgd op hun thuisreis. De bevindingen van beide pioniers zijn opvallend eensluidend.
Of in Belgie ook liefhebbers bezig zijn met deze materie weet ik niet, maar de noorderburen zijn nu eenmaal meer vooruitstrevend. Die verduisterden al jaren voordat er in Belgie iemand ook maar van gehoord had.
BEVINDINGEN
Wat die mannen met hun ‘gps ringen’ zoal constateerden?
1.
Dat geen enkele duif in rechte lijn, als een laserstraal, na lossing naar huis vliegt. Ze maken allemaal een kromming. Soms heel gering en amper waarneembaar dus zonder veel betekenis, maar die afwijkingen zijn er wel. En wat nu zo opvallend is? Ze zijn bijna zonder uitzondering allemaal westwaarts! Uiteraard corrigeren duiven hun koers, maar opmerkelijk is het wel. Zeker omdat ze zelfs met westenwind naar het westen afwijken. Het aantal voorbeelden is nog ontoereikend om te spreken van bewijs (een feit) maar zijn te talrijk om er achteloos aan voorbij te gaan.
2.
Wat ook vreemd is? De duiven met zo’n gps-ring om komen opvallend slecht naar huis. Falco had vier jongen uit hetzelfde koppel zo’n ring omgedaan en ze gingen alle vier verloren. Kan amper aan dat minimale gewicht liggen. Het lijkt er op dat die ringen het oriënteringsvermogen in de war brengen. Of zo iets kan? Geen idee. Overigens constateerde Andre v d Wiel dit verschijnsel niet.
Ook blijkt dat duiven soms veel hoger vliegen dan we vermoeden. Tot bijna 500 meter toe. Op de site van Michel kon je zien dat een duif op nul meter hoogte vloog en wel net boven een wateroppervlak. Volgens hem is de conclusie duidelijk. Duiven kunnen (sommige) heel laag vliegend van het water ‘nippen’. Zoals sommige andere vogels.
Nu we het over water hebben, duiven mijden dat in de mate van het mogelijke, vooral bij tegenwind. Ze zullen water bij voorkeur oversteken waar dat het smalst is en sturen aan richting bruggen en dijken als die min of meer in de vliegrichting liggen. Liefhebbers uit Zeeland en rond het IJsselmeer is dat maar al te goed bekend.
5.
En… duiven laten zich leiden door snelwegen, opnieuw als die min of meer in de vliegrichting liggen. In ‘de beginjaren van gps’ kon je daarover lezen, zelfs in gerenommeerde dagbladen. Daar is toen hartelijk om gelachen weet ik nog, maar dat is inmiddels wel veranderd. Ook in Dubai hebben ze duiven met gps ring gevolgd op hun thuisreis. En ook daar blijken snelwegen in de woestijn voor duiven een soort baken. Daar kan je met het blote oog zien dat duiven zelfs de krommingen van de weg mee volgen. In Reeuwijk zullen ze daar zeker niet mee lachten. Daar wordt vaak richting snelweg gekeken tijdens het letten.
6.
Uiteraard kan je met die nieuwe techniek ook zien waar de duiven trainen aan huis. Hoe ver ze weg trekken, hoe hard ze vliegen, hoe hoog en waar ze omkeren. Daarin bleek geen vast patroon in zijn. Van een vaste ‘trainingsroute’ is geen sprake.
7.
Ook het volgende is interessant: Ik beweerde ooit dat bij snelheid maken ook het fysieke een rol speelt, dat duiven minder snelheid maken naarmate ze langer vliegen. Zoals schaatsers, zwemmers, hardlopers ook aan snelheid inboeten naarmate de inspanningen langer duren. Hun gemiddelde snelheid is over een afstand van pakweg 10 kilometer altijd lager dan over pakweg 1 kilometer. En ik verwees naar de vitessevluchten op zondag in Antwerpen. Dan speelt men daar uit Quievrain en Noyon. De snelheid van de Noyon vliegers is onder normale omstandigheden steeds lager dan die van de Quievrain vliegers. Daar zijn uitzonderingen op maar heel weinig.
Wat ik beweerde over dat afnemen van de snelheid was een aanname mijnerzijds, bewijzen kon ik niets. Maar die bewijzen zijn er nu wel, dank zij de gps ringen. Want:
Beelden tonen overduidelijk dat duiven naarmate ze langer vliegen wel degelijk inboeten aan snelheid.
Dat is dus in het nadeel van de verste afstanden. Hoe liefhebbers in de overvlucht er dan nog aan te pas kunnen komen schreef ik eerder. Het komt er op neer dat de overvlucht ook voordelen heeft. Daardoor lijkt het dat men de voordelen die duiven op de kortste en ook op de verste afstanden hebben kan wegstrepen tegen de nadelen. Gelukkig maar, anders zou duivensport nog oneerlijker zijn als die al is, sterker nog zou die onmogelijk zijn.
8.
Ik las eens dat het na lossing vijf minuten duurt voordat de duiven op ‘kruissnelheid’ liggen. Dat zou weer in het voordeel zijn van de overvlucht maar dat blijkt (met alle respect) niet juist. Net geloste duiven ‘liggen’ niet na vijf minuten op snelheid maar na enkele seconden, zo toonden de chips aan. Maar goed ook. Een slecht vertrek is immers in het voordeel van de overvlucht.
OPGELOST?
Zelf meende ik altijd dat gezonde duiven op korte afstanden onder gelijke omstandigheden allemaal even hard vliegen. Dat duiven een soort kruissnelheid hebben zoals ganzen, spreeuwen enzovoorts. En de winnaars dus niet die duiven zijn die het snelst vliegen maar die het snelst vertrekken en de kortste weg naar huis kiezen. Nu begin ik daar aan te twijfelen, maar dat zal niet lang meer duren. De nieuwe middelen die we nu voor handen hebben staan borg voor opzienbarende bevindingen in de nabije toekomst.