- zondag 17 november 2024
Mocht U denken enig begrip te hebben van wie de hedendaagse toppers zijn? Snel vergeten. Onderstaande haalde ik van internet. Om te steunen en nog wel gratis.
|
----------------------------------------------
Golden Ten wederom enorm
Rik Hermans (Sportblad de Duif) en zijn team maakten afgelopen weekend van de inmiddels traditioneel aan het worden 'Golden Ten' weer een daverend succes. Zaalverkopingen? Het kan anno 2024 nog wel degelijk !!
Op een totaal van 168, werden maar liefst 52 duiven verkocht voor meer dan € 10.000! We beperken onderstaande lijst daarom tot de duiven die voor meer dan € 25.000 werden verkocht. Gerard en Bas Verkerk stalen 'de show' met een gemiddelde opbrengst van 39.450 euro. Per duif dus.
De krant ziet er tegenwoordig fantastisch uit maar ook zakelijk is die Rik goed bezig. Want de verkopingen van Kaier en Koopman moeten nog komen. Hoezo 'alles en iedereen weg geblazen door internetverkopingen?'
koop 1 - Gerard & Bas Verkerk € 85.200
koop 50 - Kaier Europe € 55.200
koop 4 - Gerard & Bas Verkerk € 52.800
koop 3 - Gerard & Bas Verkerk € 40.800
koop 154 - Deridder-Vandenbrande € 39.600
koop 168 - Gerard & Bas Verkerk € 38.400
koop 49 - Kaier Europe € 37.200
koop 165 - Gerard & Bas Verkerk € 36.000
koop 37 - Rik Hermans € 31.200
koop 39 - Rik Hermans € 31.200
koop 13 - Deridder-Vandenbrande € 27.600
koop 157 - Fam. Eijerkamp € 27.600
koop 65 - Erik Limbourg € 27.600
koop 153 - Deridder-Vandenbrande € 26.400
koop 155 - Deridder-Vandenbrande € 26.400
koop 63 - Jan Hooymans € 26.400
koop 15 - Deridder-Vandenbrande € 25.200
koop 129 - Rik Hermans € 25.200
koop 117 - Kaier Europe € 25.20
----------------
TRIEST
Bijzonder triest nieuws dan weer uit Urk. Duivenliefhebber Jan van den Berg kreeg de gevreesde steenmarter op bezoek. AL ZIJN DUIVEN, 48 stuks, werden prooi van dit dier dat doodt om te doden. Jan zit nu zonder duiven!!
------------------------------------------------------------------------------
NOG EEN STICHTEND VERHAAL
Een botsing tussen Anti Biotica en Pat Hogeen kon niet uit blijven. (Wat een pathogeen is kan je opzoeken).
Tot die dag kwam dat Anti vond dat hij in moest grijpen.
Hij sloeg Pat dermate hard tegen zijn kanis dat die stijl achterover sloeg. Morsdood. Dacht men, want na enige tijd krabbelde Pat overeind, wel hevig aangeslagen.
Weer wat later kreeg hij van Anti opnieuw een oplawaai.
Opnieuw ging hij neer, maar weer herstelde hij zich. Nu zelfs iets sneller.
Anti (Biotica) wist van geen ophouden tot het moment kwam dat Pat niet meer neer ging, zelfs overeind kon blijven.
Toen kwam die dag dat de klap van Anti hem nauwelijks nog deerde.
Pat (Hogeen) schudde zich als een hond die uit het water komt, zette zich recht en nu was het Pat die een mokerslag uitdeelde.
En dit was een goede. Het lukte Anti (Biotica) amper weer overeind te komen. En hij werd nooit meer de oude die hij ooit was.
---------------------------------------------------------------------------------------------
Wat een dag
‘Hallo Ad, met de Leo hier. Alles goed daar?’
‘Ha, die Leo. Goed? Hmm. Kon slechter, kon beter.’
‘Hier is een Chinees met zijn dame, Ad. De man is zo rijk als de zee diep is. Zo zeggen ze dat hier. Zouden we deze middag even langs kunnen komen?’
(Natuurlijk kon dat, maar ik heb verkoopkunde gestudeerd en gedoceerd, in mijn studie tijd ‘Verborgen verleiders’ gelezen, en weet dus van toneelspelen).
‘Even in mijn agenda kijken Leo, ogenblikje.’ (Ik checkte mijn emails).
‘Ja, hier zijn we weer. Om drie uur ben ik toevallig even vrij.’
‘Amai, das chance hebben. Je ziet ons wel verschijnen.’
(Gauw de gazon nog even maaien, wat opruimen, me scheren en naar de bakker voor het beste gebak). Want ‘zo rijk als de zee diep is?’ Opnieuw. Hmm.
MET HOND
Iets na drie stopte een auto zoals ik nog nooit gezien had. Dat moesten de buren zien. Drie personen stapten uit, de chauffeur bleef zitten. En ook een hond die ik ergens van meende te kennen.
Leo: ‘We zijn wat later, sorry. Mijn vriend heeft gebak gekocht (hij zette een doos op tafel) en zag een mooie hond lopen.’
‘Euhhh? Voor een hond stop je toch niet? ’
‘Hij wel en dat zat zo. Hier in de straat liet een vrouw haar hond uit. Prachtbeest zei Li , zo heet mijn vriend: ‘die is van mij’.
‘Kan jij dan Chinees?’
Beetje. Enfin, we stopten en Li naar die vrouw en hond. Het ging er wat onvriendelijk aan toe, maar even later stapte Li, gelukkig lachend met de hond in handen, weer in. Wel zat zijn jas minder opgebold om zijn lijf. Een van de twee tieten geld die hij bij zich had was verdwenen.’
BIJ ONS IN DE TUIN
Even later zaten we in de tuin.
‘You mistel Sjalakens. You good pigeons he?’
‘Good pigeons? SUPEL good pigeons Mistel Li.’ Hij lachte gelukkig.
Want voor super duiven was hij volgens Leo gekomen. Ik knikte vriendelijk naar zijn vrouw, want het scheelt als je die mee hebt.
(Of was het zijn zuster, partner, maîtresse, dochter, secretaresse? Ik kon er geen hoogte van krijgen). Mochten de ‘tieten vol geld’ van Li er zijn, zij moest er weinig voor onder doen, zag ik. En dat wist ze. Ze pronkte er zo mee dat ik vreesde dat er elk ogenblik een kon ontsnappen. Ze kent geen Engels had Leo gezegd, maar was dat met zo’n lijf een probleem, vroeg ik me af.
Mijn vrouw bracht koffie.
‘Madam Sjalakens vroeg Li?
‘Yes, the name is Ria.’ (‘Kopen?’ flapte ik er bijna uit)
‘Lia nice name.
You nice wife, nice house and nice pigeons Mistel Ad.’
(Als ik hier een drol leg, zegt ie nog ‘nice shit’ ging het door me heen. Wat een geslijm. Straks moet Leo nog achter hem aan om zijn gekwijl op te vegen).
EEN PARKER
Toen Leo: Li had er zeker 2.000 duiven en vier verzorgers.
Of hij ook goed speelde daar in dat verre China?
Leo: ‘Nog niet, maar dat komt. Daarom waren ze eigenlijk hier. Li is een fan van je en vindt ook dat je een goede pen hebt.’
Van die pen dat klopt, zei ik. Dat is een Parker, de beste zeg maar.
Leo: We komen natuurlijk voor duiven. Een tiet met geld is al weg voor die hond. Maar in de andere zit nog genoeg hoor en dat wil hij hier besteden.
Prijs speelt geen rol. Je dacht toch niet dat hij straks tegen zijn Chinese vrienden zou durven zeggen dat hij duiven had gekocht goedkoper dan 1.000 euro?
‘Kom, volg me maar naar de volière, zei ik. En grijnsde toen ik zag dat de buren foto’s stonden te maken van de auto met hond en slapende chauffeur.
VOOR DE VOLIERE
Li wees naar een blauwe duif. Delbal? (Hij bedoelt Delbar, zei Leo).
No Delbal. Solly Sul. Ik bedoel ‘Sorry sir’ zei ik tegen Leo. Die knikte.
Nu wees Li naar een schalie doffer met grote neusdoppen.
Janssen Alendonk?
‘Janssen history’. Now other names. Ik noemde wat hedendaagse topspelers.
Hij haalde de schouders op. Dus nooit van gehoord.
Li weer: ‘Sissi line?’
Ik sloeg mijn ogen ten hemel. Sjonge jonge. Sissi? Die was van 1988.
Nu fluisterde hij iets tegen Leo.
‘Hij wil goede duiven zien’, zei Leo, met de nadruk op goede.
‘Zeg hem dat het allemaal supers zijn’. Hij fluisterde wat in het Chinees.
Li: I want see leal supels.’
Ik snapte er niets van. Ergens moest een misverstand zijn. Ik pakte er een, wilde hem overhandigen maar hij deinsde terug alsof hij stront zag.
‘Supel pigeons is glizle pigeons, Mistel Ad’.
Ik keek beide vragend aan. Li pakte zijn gsm, scrolde tot hij vond wat hij zocht. Een foto van een grijze duif. En weer een foto Ook van een grijze. En weer een.
‘’Moment’, zei ik tegen Leo en zocht kokhalzend het toilet.
GRIJZE
En schrok. Op de afvoerbak zat een duif. Een grijze die grijnsde. Zo leek het.
Achter het ventilatie raampje zat er nog een. Ook een grijze. Lachte die? Zo leek het opnieuw. Er kwam nog een duif aan gedwarreld, weer een grijze.
Tot het toilet er van vergeven was. Maar wat hadden die vreemde koppen. Het waren de ogen. Dat waren geen ogen, maar muntstukken. Dollars !
Plots verstarde ik. Geborrel in het toilet. Mijn hart bonsde.
Het werd alsmaar sterker en toen kwam er iets uit het water.
Een duif en weer een grijze met van die gekke ogen.
En toen weer een, het bleef duren. Daar was maar èèn verklaring voor: Ik was gek aan het worden.
Toen weer geborrel in de wc pot. Nu veel sterker dan eerder. Ik zag wat haren omhoog komen, de haren werden een schedel, de schedel een mensenhoofd.
Het begon plots huiveringwekkend en hard te lachen. Alle rondvliegende duiven verdwenen in de wijd geopende mond en werden opgeslurpt.
EN TOEN
Ik wilde om mijn moeder roepen maar kon geen geluid uit brengen.
Toen een bliksemflits gevolgd door een enorme klap en ik was meteen wakker, badend in het zweet. Mijn vrouw was aan het bellen.
‘Nee, koorts geloof ik niet’, hoorde ik haar zeggen.
Ik schudde me als een hond wanneer die uit het water komt. Helemaal van de kaart zag ik dat het gezelschap weg was. Geen spoor mee van te zien. Ze hadden het gebak mee genomen en ik zag ook geen tiet met geld. Met een hoofd dat nog tolde van emotie keek ik naar buiten. De kerktoren stond er nog.