|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
- maandag 01 mei 2023
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|

Vandaag hebben onze duiven Biergies (130 km) gevlogen, een uitgestelde vlucht (Quievrain) die toch wonderbaarlijk goed is verlopen. We hebben heel lang getwijfeld of we alle duiven dit weekend wel zouden gaan inkorven. Toen vrijdagmorgen het weer even over negen openbrak werd het prachtig vliegweer en besloten we de gok te wagen. Thuis houden voor de weersverwachting heeft bij mij in het verleden tot grote teleurstellingen geleid en mij ook geleerd dat in principe niet meer te doen.
De duiven trainden deze week geweldig goed en de doffers beginnen echte weduwnaars te worden. We hadden er dus veel vertrouwen in. Ze stonden er op zoals we ze graag zien. Het was hun 2e vluchtje dit jaar dus stonden we zaterdagmorgen verwachtingsvol op. Het weer wilde in Quievrain maar niet verbeteren en we moesten dus met pijn in het hart zien dat andere afdelingen in heel België gelost werden en onze duiven moesten wachten tot zondag.
Dit vind ik een van de grote nadelen als je vanaf de eerste vlucht alles tegelijk wilt lossen. Je kunt met een optocht van alle Zuid-Hollandse vrachtauto’s bij elkaar op veel losplaatsen niet terecht en dat maakt je dus totaal niet flexibel (in geval van slecht weer).Uitwijken naar losplaatsen waar wel gelost kan worden behoort dan niet meer tot de mogelijkheden.
Gelukkig zondag prima weer en de duiven werden om kwart voor acht gelost. We verwachtten de duiven rond negen uur. Jochem en Pascal zouden komen kijken en Jochem was er nog geen vijf minuten of we zagen een duif met gang uit het westen komen, die met een korte draai direct op het hok viel en even later op de valklep. Het was een 4 jarige dochter Young Powerboy/Sara die al heel wat mooie prijzen op de dagfond heeft gespeeld.
We zagen verder geen duif in de lucht dus we vermoedden dat het wel eens een mooie tijdduif zou kunnen zijn. Toen het ook nog eens bijna 3 minuten duurde voordat nummer 2 zich aandiende en dit ook een oude duivin was en zelfs de oudste van het vlieghok (Young Powerboy/Juweel) waren we nog niet gerust op een gladde vlucht. Maar toen even later de trein op gang kwam ,was het genieten geblazen. Vooral de doffers kwamen geweldig aansteken en we stonden met z’n drieën in het zonnetje (Pascal miste alleen de aankomst van de eerste 2 duiven) en we genoten met volle teugen.
We maakten een mooie uitslag in onze club tegen 518 duiven 1-5-10-14-17-18-19-20-21-25-29-42-46-48-49-50- enz. 55/29. Een kringuitslag hebben we niet meer, maar van compuclub kunnen we nog wat informatie halen. Tegen 1703 duiven vliegen we 3-24-63-74-107-109-115-125-127-152-172-enz 55/25. We zijn zeer tevreden en volgende week gaan we weer naar Quievrain en hopen dan op een mooie vlucht die gewoon op tijd wordt gelost.
Groet Martin.
|

Vandaag zijn we weer gestart met het nieuwe seizoen 2023.We waren van plan (eind seizoen 2022) om dit jaar met de helft duiven minder te gaan vliegen. Doordat onze vrienden Kees en Pascal zijn gestopt met de actieve duivensport( gezondheid Kees) hebben we besloten om enkele jaarling duiven van hen vanuit Ammerstol over te wennen naar Krimpen aan de Lek. Ook onze plannen om in de toekomst weer aan de grote fond vluchten te gaan mee doen heeft ons doen besluiten om dit jaar de hok bezetting op het oude niveau te houden.
We gaan dit jaar ook met een aantal duiven meedoen aan wat grote fond vluchten. Onze focus komt dit jaar dus helemaal op de dagfond en grote fond te liggen. De oude duiven zijn pas begin Maart gekoppeld en hebben gewoon gekweekt en staan dus eigenlijk net pas op weduwschap. We hebben onze duiven dit jaar voor het eerst verduisterd zitten om straks op de fond vluchten te kunnen pieken. Ook hebben wij dit jaar nog geen duiven ingekorfd of afgericht.
Vrijdag voor het inkorven heeft Pascal ze een klein lap vluchtje gegeven en Pascal zag onze duiven alleen maar hoger gaan vliegen maar niet als speren richting huis gaan zoals goed opgeleerde duiven horen te doen.
Het was dus letterlijk een vuurdoop vandaag waar we niet echt hoge verwachtingen van hadden. Alleen hun gezondheid en trainingslust gaf ons het vertrouwen om ze toch gewoon niet opgeleerd in te korven.
De Zuid-Hollandse duiven ( een dikke 30.000 ) werden vanmorgen allemaal tegelijk om 10.15 uur gelost in Lennik (125 km), met hier prachtig weer en een mooi tegen windje. Rond kwart voor 12 betrokken Jochem en ondergetekende onze post met allebei een Figurita in de hand. Even voor 12 zagen we een duif prachtig mooi komen aansteken uit de goede richting en al snel zagen we aan het witte kopje dat het er een voor ons was.
Het was een zusje van onze “539” die nog even een paar ererondjes maakte en tenslotte precies om 12.00 uur werd geconstateerd. Twee minuten later valt er dan weer een oude duivin en weer 2 minuten later vallen er 2 tegelijk waaronder “Hannah”, onze beste duivin van het hok. Verleden jaar 2 eerste prijzen op de dagfond waaronder een TT vermelding. Dan komen de duiven toch nog redelijk naar huis maar flink wat jaarlingen waren te laat ,wat ook te verwachten was. In de kring vliegen onze duiven tegen 2063 duiven.17-31-80-85-92-93-127-167-185-196 etc. 52/20 Al met al een heel redelijk resultaat gezien de omstandigheden.
Een leuk voorval dit weekend!
Ik kreeg net ook nog een leuk berichtje van Paul Cauwenberg uit Breda.
Ik kwam met Paul in contact ruim 2 jaar terug. Paul had me om advies gevraagd betreffende zijn hok. Hij speelde toen samen met Willy van de Goorbergh onder de naam vd Goorbergh/Cauwenberg.
Nadat ik Paul had geadviseerd omtrent het plaatsen van een nieuw “van Zon dak”, babbelde we nog wat verder over duiven. Paul liet me enkele duiven zien en ik constateerde tijdens het duiven melken dat Paul een topliefhebber is. Ik was nieuwsgierig naar “Miss Unbelievable” omdat ik er een (in geteelde) kleindochter van had zitten die ik bij Arnold Kok en zoon uit IJsselmuiden had aangeschaft.
Toen Paul mij “Miss U” overhandigde was ik stomverbaasd. Wat een klasbak, nu weet ik dat duiven vergelijken bijna niet mogelijk is maar deze duivin kan ik rustig benoemen tot één van de beste duiven die ik ooit in mijn leven heb vastgehad (en dat zijn er een paar). Zelden zo een perfecte “dagfond” duif gezien en ze hadden er nog volop broers en zussen van zitten ook. Die ook nog eens goed kweekten. (Vader en moeder van “Miss U”zijn beiden gekweekt door de onlangs plotseling overleden Henri van de Berg IJsselmuiden.)
Ik bezwoer Paul en Willy om deze duivin nooit te verkopen en hun hele hok rondom deze duivin verder uit te bouwen. En alle andere topduiven met dit lijntje duiven te kruisen. De volgende dag belde ik Paul op en deed hem een voorstel om mijn beste vliegdoffer “de 539” en “Miss U” voor een paar eieren bij hem samen te zetten. Dat werden we eens en in de herfst 2021 werden hier 2 blauwe laatjes geboren uit dit koppel eitjes. Ik noemde ze”Kefas”en “Talitha Kum” en ben zelden zo blij geweest als met deze twee duiven.
Verleden jaar heb ik onze”Brutus” bij Paul gebracht en kwamen er uit deze samenzetting 4 eieren deze kant op. Ook kocht ik deze zomer 4 jonge duiven van Miss U met hun “Nero”, een doffer die Paul als pieper had uitgezocht bij Gerard Koopman. Ik heb al regelmatig gehoord (van topspelers) dat mijn duiven super pakten op het soort van Gerard Koopman, maar wat hier uitkwam was mijn inziens zó goed, dat ik deze 4 late duiven dit voorjaar direct op mijn beste stamduiven duiven heb gekoppeld.
Een jonge doffer uit dit koppel staat nu tegen “Sara”en een andere tegen “Hennie”, mijn absolute basis kweekduivinnen. Eind dit jaar besloot Willy van de Goorbergh de handdoek in de ring te gooien en werden de duiven verkocht. Paul ging alleen verder en er werd een verkoping georganiseerd door GPS Auctions. Op de verkoping van de vliegduiven kochten we één duif. Een blauwe duivin, gekweekt uit een broer “Miss U”, die gekoppeld stond op een dochter “Miss U”( Contessa). Dit kleine geblokte blauwe duivinnetje liet als jaarling op de loodzware Chateauroux 2021 al zien wat ze in huis had.
Toen de kwekers onlangs verkocht werden kochten we “Contessa” (dochter miss U) en “Miss U” zelf. Het moge duidelijk zijn dat dit lijntje een hele grote invloed op mijn eigen stammetje zal gaan krijgen.
We kijken er verwachtingsvol naar uit.
Paul debuteerde dit weekend als solist duivenmelker en ook nog eens in een nieuwe club. We waren woensdagavond op bezoek bij Paul en de verwachtingen waren hoog gespannen,veroorzaakt door het gedrag van zijn weduwnaars. Kortweg zijn doffers waren prima in orde.
In Brabant 2000 werd er vanuit Biergies gevlogen en Paul maakte een werelddebuut door met 21 doffers mee de 1e prijs te winnen in zijn cc tegen 802 duiven en de 1e in het rayon tegen 3173 duiven maar ook de snelste duif te hebben van de hele lossingsgroep van ruim 8000 duiven.
En dat deed een jaarling zoon uit “Nero” en “Miss U”, een broertje van de 4 duiven die hier dit jaar tegen mijn beste kwekers zijn gekoppeld.
Een leuke bemoediging van mijn keuze zullen we maar zeggen.
Fijn weekend en tot volgende week,
Martin.
|
Op het vorige logboek kreeg ik diverse reacties m.b.t. roofvogeloverlast. Ook wij in Vlagtwedde betreuren inmiddels onze eerste slachtoffers. De duivinnen waren voor de eerste keer los en na enkele minuten begonnen er al twee haviken op de koppel te jagen. Het resultaat was dat de groep uiteen spatte en er nu (een dag later) nog 3 van de 21 missen waaronder 2 tweejarige duivinnen waarop we goede hoop hadden voor de dagfond. Volgende week gaan de doffers voor het eerst los. We houden ons hart vast. Zoals het nu lijkt zal René de duiven de eerste tijd alleen nog maar een eindje weg kunnen brengen in plaats van rond het huis laten trainen.
Ook kreeg ik weer diverse vragen over het verduisteren. Kennelijk tasten er nog vele beginners en herstarters in het duister. Ik sprak hierover met Gerrit Krol, de hoofdredacteur van het Spoor der Kampioenen die ik voor mijn column van april interviewde. Gerrit vroeg mij vervolgens of ik belangstelling had om in het Spoor over dit soort zaken een column te schrijven. Ik heb aangegeven dat ik hier wel wat voor voel zolang er maar geen tijdsdruk op staat. Over de titel denken we nog even na. Het kan zoiets worden als “Basis Duivensport” met als subtitel “Voor beginners, herintreders en anderen die hun kennis weer eens willen opfrissen” worden of “Hoe zit het ook alweer?”. Ik broed er nog even op.
Jonge duiven verkoop in Jubbega
Vorige week ben ik naar de jonge duivenverkoop in Jubbega geweest. Het is traditie van deze vereniging om jaarlijks een jonge duivenverkoop te organiseren van bekende en minder bekende goede spelers uit Friesland en verre omstreken. Ook nu weer zaten er naast duiven van bekende kampioenen van de afdeling Friesland als de gebroeders Homma, Henk Douna, Dirk Huizenga, Combinatie Atema, enz. ook duiven uit Noord Holland (Peter Crans), Zuid Holland en zelfs uit Duitsland. De liefhebbers die hier duiven te koop zetten zoeken altijd iets van hun beste duiven uit en dat is bekend, zodat de zaal vol zat met potentiële kopers. De duiven werden op een ludieke manier aan de man gebracht door de bekende speaker Jannes Mulder. Het was een groot succes en toch waren er onder de 100 euro nog best hele leuke duiven te koop van een goede afstamming. Een aanrader voor liefhebbers die versterking zoeken om volgend jaar eens een ritje naar Jubbega te maken. Sowieso is het een gezellige bedoening en wie weet kom je voor weinig geld nog met iets goeds thuis.
|
|
|
Pigmentatie
De mate van pigmentatie heeft rechtstreeks te maken heeft met de mate van de natuurlijke vitaliteit. Om die conclusie te kunnen trekken hoef je geen geneticus te zijn, maar alleen scherp te kunnen observeren. Tijdens mijn keuringen wijs ik vaak op de zogenaamde bloedband van de staart. Dat is de zwarte band aan het einde van de staart. In de natuur bij de Rotsduif, Houtduif en Holenduif is die band ruim twee vingers breed en diepzwart. Bij veel postduiven zie je dat het zwart van de staartband vervaagt en de breedte soms minder dan een vinger is. Dit zijn duiven waarvan de natuurlijke gezondheid en weerstand niet groot is. Het vervagen van de intensiteit van de kleur treedt ook op onder de populaties wilde duiven maar deze worden er door de natuur uitgeselecteerd. En zeker in strenge winters waarin het echt om overleven gaat omdat er veel minder voedsel te vinden is, zijn de zwakkelingen snel weg. Hier in Meppel bij de fabriek van Agrifirm zit ook een populatie stadsduiven en verwilderde postduiven. Een paar jaar geleden lag er een aantal weken sneeuw en legden er heel wat van die duiven het loodje. Toen de sneeuw weg was heb ik daar foto’s van gemaakt. Duidelijk te zien was dat alle duiven een brede zwarte staartband vertoonden. Zie de foto van één van deze duiven. Daarnaast een foto van een postduif waarvan duidelijk te zien is dat het zwart van de staartband niet diep zwart meer is en erg smal.
|
|
|
|
Wanneer ik een serie columns afsluit, blik ik altijd terug op de voorgaande columns en verwerk ik in de laatste column uitspraken die kenmerkend waren voor de liefhebbers die in de desbetreffende columns centraal stonden. Ik doe dat in de vorm van vragen die ik de hoofdpersoon van de afsluitende column voorleg. Voor de afsluitende column in de serie “Schrijvers over de duivensport” had ik een boeiend gesprek met Gerrit Knol uit Zwolle, de hoofdredacteur van “Het Spoor der Kampioenen”.
Gerrit is 64 jaar en heeft vanaf zijn 6e jaar duiven met een kleine onderbreking van 3 jaar, toen hij vanwege zijn gezin en een drukke baan eventjes geen tijd kon vinden om de duivensport te beoefenen. Hij is door zijn vader in de duivensport gerold. Thuis zijn altijd duiven geweest. Zijn vader was het ook die er bij Gerrit op aandrong om te solliciteren bij “Het Spoor” toen daar een vacature vrijkwam voor hoofdredacteur. Gerrit zat op dat moment (2013) zonder werk na een lange loopbaan in de verzekeringswereld. Hij had zich voordat hij deze baan kreeg nooit eerder bezig gehouden met schrijven voor een duivensportblad. Zelfs het lezen schoot er vaak bij in vanwege zijn drukke baan.
Gerrit heeft zich sinds de eind jaren 90 toegelegd op de overnacht. Die vluchten vond hij altijd al het mooiste, ook toen hij nog het programma speelde. Dat past ook een beetje bij zijn persoonlijkheid. Gerrit houdt van uitdagingen die ingewikkeld of zwaar zijn, zowel in werk als in hobby. Hij schaatste bijvoorbeeld ook twee keer de Elfstedentocht. Toen de specialisatie zijn intrede deed in de duivenwereld, koos hij voor de marathons. Dat zijn mooiste duivensportherinnering die van een fondduif op een marathonvlucht is, is dan ook niet verwonderlijk. Het betreft zijn herinneringen aan de Berber, een duif die vele mooie prijzen op de grote fond heeft gespeeld en jaren achtereen steeds als eerste in Zwolle terug was op de 1000 km + vluchten. En één prestatie springt daar voor Gerrit uit. Het was een vlucht vanuit Tarbes wat voor Zwolle een afstand van rond de 1130 kilometer is. Vanwege de weersomstandigheden (harde zuidwesten wind) werd besloten van de middaglossing een ochtendlossing te maken. Gezien de afstand en de snelheden die op kortere afstanden waren behaald, had Gerrit niet verwacht dat hij er eentje zou doorkrijgen. Maar plotsklaps om 22.30 uur in de schemering zat zijn Berber op de klep. Een 1e wederom in Zwolle en Nationaal ook mooi op tijd, en een kippenvelmoment voor Gerrit. Naast de marathons heeft Gerrit zich de laatste paar jaar ook op de OLR’s toegelegd. Hier zijn ook al een paar mooie successen op behaald.

Gerrit geniet na 10 jaar hoofdredacteur te zijn van “Het Spoor der Kampioenen” binnen de duivenwereld redelijk wat bekendheid. Bekendheid brengt altijd voor en nadelen met zich mee. Er wordt over je gesproken en dat kan zowel positief als negatief zijn. Zo hoor ik nog wel eens duivenliefhebbers zeggen dat Gerrit in hun ogen wat te moralistisch is. Ik vroeg Gerrit wat hij van deze kritiek vindt. Gerrit; “Ik doe dat bewust. De duivensport kan mijn inziens wel wat moralistische feedback gebruiken. Als ik in mijn column liefhebbers bijvoorbeeld aanspreek op het terughalen van een verloren duif, zeker bij niet duivenhouders, dan zullen zij die dat normaal vinden mij geen moraalridder vinden. Zij die dat wel vinden voelen zich dan als het ware aangesproken op hun eigen gedrag. In Het Spoor komen bijvoorbeeld ook geen scheldwoorden, dieronvriendelijke en vrouwonvriendelijke uitspraken voor. Ook wil ik niet dat er op de man wordt gespeeld. Ik heb daar de afgelopen jaren best wel een paar keer een stevige discussie over gehad met sommige schrijvers. Ik geef de reporters veel vrijheid en krijg die zelf ook van de eigenaar van het blad, maar er zijn fatsoensgrenzen die ik zelf bepaal. Dus er wordt wel eens gecensureerd en er zullen best lezers zijn die het daar niet mee eens zijn. Maar ik denk dat ik daar het blad en de duivensport een dienst mee bewijs. Er is al negativiteit genoeg als ik zo nu en dan hoor wat er bijvoorbeeld op Facebook wordt geschreven. Zelf heb ik ook een account, maar ik lees er nooit op.”
In mijn optiek lijken veel reportages op elkaar en missen ze vaak diepgang. Met John Laan (column 5) had ik hier een heel interessant gesprek over destijds. John gaf aan dat hij er zelf altijd naar streefde om bij een hokbezoek bij een topliefhebber die al jaren hard speelt, boven water te krijgen waar die liefhebber zijn succes aan te danken had. En dat dit best moeilijk is om te doorgronden. Een reporter moet daar vaak veel moeite voor doen. En dat is ook niet iedereen gegeven. Ik vroeg Gerrit hoe hij hier tegenaan kijkt. Gerrit; “Ik snap de kritiek dat teveel reportages te oppervlakkig gevonden worden. Ik zie dat ook wel en probeer er wat aan te doen. Zo heb ik een paar keer een bijeenkomst met alle schrijvers van “Het Spoor” georganiseerd onder leiding van Rob van Vuure de Bladendokter, die zijn sporen heeft verdiend bij een tiental bekende Nederlandse publieksbladen die hij inhoudelijk aantrekkelijker heeft gemaakt, waardoor de oplages stegen. In deze bijeenkomsten wordt feedback gegeven en tips en trucs uitgewisseld.”
Ook Coen Brugman (column 6) gaf aan dat het niet meevalt om een kampioen het achterste puntje van zijn tong te laten zien. Zijn beste reportages schreef hij wanneer er een klik was met de desbetreffende liefhebber, gaf Coen aan. Daarnaast vond Coen dat het werken met standaardvragen hem soms belemmerde om een goede reportage te maken. Ik vroeg Gerrit of hij dat herkende. Gerrit; “Volgens mij hoeft er niet beslist een klik te zijn met de liefhebber om een goede reportage te schrijven. Standaardvragen kunnen een mooi startpunt voor het vraaggesprek zijn. De kunst is echter om de juiste vragen te stellen en door te vragen, dus inderdaad niet een lijstje met standaardvragen af te werken, zonder op de antwoorden in te gaan.”
Net als beide hiervoor genoemde schrijvers geeft ook Kapelaan Bert Breuer, de bekende columnist van het NP Orgaan en duivenboekenschrijver (column 4) aan dat het van belang is dat de grote kampioenen hun werkwijze zo goed mogelijk uit de doeken doen. Hij vindt het de taak van de schrijver om dit als uitgangspunt voor zijn reportages of columns te nemen. Er moet iets van te leren zijn. Goede schrijvers zijn een must om de duivensport te behouden vindt hij. Hoe kijkt Gerrit hier tegenaan? Gerrit; “Echt goede schrijvers binnen de duivensport zijn sowieso schaars, maar of dat erg is? Ik heb namelijk sterk de indruk op basis van wat ik van de lezers terugkrijg, dat veel liefhebbers niet altijd meer zo zitten te wachten op leerzame artikelen. De meesten willen gewoon graag wekelijks iets over hun hobby lezen. Staan er dan tips of adviezen in is dat mooi meegenomen. Bovendien is het ook een kwestie van de rode draad uit alle verhalen/reportages te halen. Indien 8/10 winnaars op het korte werk opvoeren van licht naar zwaar, dan zal dat wel een goede basis zijn om ook uit te proberen!”
In de eerste column over schrijvers over de duivensport liet ik Rob van Hove aan het woord. Rob schreef in die periode regelmatig over de negatieve aspecten in de duivensport, maar na verloop van tijd stopte hij daar mee. Hij gaf aan dat wanneer je een beerput opentrekt je zelf in de stank komt te zitten. Ik vroeg Gerrit hoe hij aankijkt tegen schrijvers die zich vooral op de negatieve aspecten binnen de duivensport richten. Gerrit; “ Naar mijn mening heeft de duivensport vooral nu schrijvers nodig die mee helpen bouwen aan een toekomstbestendige duivensport. Voor schrijvers die alleen afbreken is binnen “Het Spoor” in ieder geval geen plaats. Wat er op internet allemaal geschreven wordt over de duivensport, gaat overigens grotendeels aan mij voorbij. Ik lees geen blogs. Overigens is dat niet alleen zo in de duivensport. Social media wordt veel gebruikt om onvrede en bedreigingen op de maatschappij los te maken. Daar niet aan mee te doen is een bewuste keuze.”

Wijlen Hans van Rossum (column 2) schreef een aantal jaren geleden kritische columns op duivenvlucht.nl over duivenhandel, eerlijk(er) spel, respect opbrengen voor andermans prestaties, de rol van geld in de duivensport, berekening van kampioenschappen, verliezen met jonge duiven, enz. De rode draad in Hans zijn columns was dat hij de duivenliefhebbers een spiegel voorhield. Ik mis zo’n type schrijver eigenlijk. Ik vroeg Gerrit of er ruimte is voor een dergelijke schrijver in het Spoor. Gerrit; “Zeker is er in het Spoor ruimte voor een kritische journalist, maar dan heb je het feitelijk over onderzoeksjournalistiek. Iemand die feiten achterhaalt. Er zijn uiteraard onderwerpen genoeg die onderzocht zouden kunnen worden. Dat kost echter zeer veel tijd en inspanning en daar voorziet onze opzet van het blad niet in. Uiteraard staan wij open voor zaken die wel uitgezocht zijn en van voldoende kwaliteit zijn gewaarborgd. De WOWD doet dergelijke onderzoeken en deze nemen we dan ook op in ons blad. Een onderzoeksjournalist die fulltime met een onderwerp aan de slag gaat kunnen we als duivensportblad echter niet betalen. Of de prijs van het blad moet flink omhoog en ik denk niet dat het gros daar op zit te wachten.”
John Logeman (column 7) en Henk van Caam (column 8) gaven beiden aan dat de duivensport in hun ogen zeker wel toekomst heeft. Naast behouden van de liefhebbers die er nog zijn, zal er door het NPO bestuur meer aandacht moeten zijn voor het imago van de duivensport. Ook zal de duivensport een nieuwe doelgroep moeten aanspreken. Ook van Gerrit heb ik in het Spoor regelmatig een dergelijk geluid gehoord. Gerrit; “De gemiddelde liefhebber streeft niet naar een kampioenschap. Die is al lang blij met regelmatig een uitschieter en geniet van de omgang met zijn duiven. Dit zijn de amateurs/hobbyisten. Daarnaast heb je een veel kleinere groep voor wie het echt sport is en daar wel offers voor wil brengen met in hun midden de echte profs. De duivensport heeft beide categorieën nodig. Ik denk echter dat er nog een categorie potentiële duivenliefhebbers is, namelijk de mensen die enorm geïnteresseerd zijn hoe een duif zijn weg naar huis vindt en de duiven onderweg graag zouden volgen. Wanneer er meer gebruik gemaakt zou worden van de moderne communicatietechnieken in de duivensport, zullen we een veel breder publiek aantrekken. Via de website van de NPO kunnen inloggen op een livescherm waarop iedereen de duiven onderweg kan volgen bijvoorbeeld. Als eerst de interesse op deze manier is gewekt, is een volgende stap om bij een liefhebber in de buurt de duiven op te wachten. En dan kan het maar zo zijn dat men zo enthousiast wordt dat men zelf een hok neerzet.”
Wijlen Theo Gruyters (column 3) gaf destijds aan dat hij teveel reporters zag die vanuit een commercieel oogpunt schrijven. In plaats van de lezer informatie te verstrekken waar deze verder mee komt, plaatsen ze pagina’s vol met uitslagen en prestaties van duiven. Kort daarop volgt dan vaak een verkoping van de desbetreffende liefhebber, zo gaf hij aan. Gerrit geeft aan dat hij dit vaker hoort; “In het Spoor worden echter geen reportages geschreven omdat er een verkoping aanhangt. Als dat in een specifiek geval wel zo is dan wordt de reportage een advertorial, d.w.z. een advertentie die wordt gepresenteerd als een redactioneel artikel en wordt dat erbij benoemd. Dit is een duidelijke afspraak die met de eigenaar van het blad gemaakt is.”
In de 9e column stond Rense Sinkgraven centraal, de schrijver van het boek “Dorus de Doffer”. Rense is naar aanleiding van dit boek te gast geweest in diverse radio en televisieprogramma’s en ook schreven een aantal dagbladen waaronder de Volkskrant een uitgebreid artikel over Rense en de duivensport. Hij heeft zich hiermee opgeworpen als een ambassadeur van de duivensport. Gerrit geeft aan dat hij blij is met alle positieve aandacht voor de duivensport, maar zoals de duivensportbond nu functioneert is Rense volgens hem een ambassadeur zonder land. Gerrit; “Ik mis een duidelijk standpunt over hoe de duivensport gepromoot kan worden. De bond heeft geen visie op dit punt. Wanneer er een visie wordt ontwikkeld over hoe de duivensport er in de toekomst uit kan komen te zien en dat deze een duidelijke plaats binnen de huidige maatschappij krijgt, dan kan je verder gaan werken hoe je dit kunt bereiken. Denk aan allerlei zaken die het voortbestaan van de duivensport bedreigen op het gebied van regelgeving (verbieden van duivenhokken in sommige woonwijken, dierenbelangenorganisaties die de hele duivensport willen verbieden) roofvogels, vogelgriep, enz. Inmiddels is de bond daar wel mee gestart. Aan diverse groepen is gevraagd op papier te zetten hoe in hun ogen de duivensport er in 2030 uit zal zien. Met elkaar kan je dan een gezamenlijk gewenst beeld opbouwen en daar dan naar toe werken.”
Tot slot wil Gerrit nog even benoemen dat er onder dit bestuur van de NPO ook beslist mooie stappen worden gezet. Een van die mooie stappen waar ik zelf ook een rol in heb gehad is dat er nu één nationaal kampioenschap is (de samenvoeging van NPO-WHZB-TBOTB). Gerrit; “Het heeft wat voeten in de aarde gehad om dit te realiseren en dat ik hierbij ook een rol had stemt me naast blij ook wel trots.”



|
Bekijk Op (de) Hoogte in uw webbrowser vrijdag 24 oktober | week 43 NPO BESTUUR Voorzitter aan het woord Een goed bericht deze week: de Ledenraad...
Fondsnippers. Over selectie en hoe ik het doe. Ik krijg regelmatig vragen over bepaalde duivenonderwerpen en zo ook over de selectie van...
Bekijk Op (de) Hoogte in uw webbrowser vrijdag 17 oktober | week 42 NPO BESTUUR Voorzitter aan het woord Donkere wolken boven de sport. Om maar...