Mee gemaakt:

We wilden er 2 dagen van tussen. Weg. ‘Far from the madding crowd.’ Maar arme ik. In het hotel zaten al twee jaar asielzoekers. Een ander zou zeggen ‘en die gaan voor.’  


RITJE
Dan maar een uitje met de auto, broodjes en koffie mee.
Ik wist wel enkele toffe ‘picknicktafels’ met banken, niet ver van het asielzoekers centrum Gilze. Ik heb er ooit nog een korhoender gezien. U ooit zo'n prachtvogel gezien?
Dan bent U evenmin van de jongste.

korhoender

  
De dag werd geen succes, niet omdat ik weer maar eens vergeefs had uitgekeken naar kieviten, grutto’s enzovoorts, wel omdat op de ‘pleisterplaats’ iets was gebeurd.
Er zaten nog mensen. Een koppel met een meisje van een jaar of 15 en vijf buitenlanders, asielzoekers in de leeftijd van ik schat 18 tot 40. Noord Afrikanen zo leek het, op die ene na. Veel donkerder. Vroeger zouden we ‘neger’ gezegd hebben.
Ze waren met de fiets, twee van de vijf hadden een gsm voor zich liggen en allemaal zaten ze aan een blikje fris.
Overlast bezorgen die asielzoekers hier overigens amper. Alleen als ze uit het winkelcentrum in Chaam komen wil er wel eens iets vallen van overvol geladen karretjes.


HOOFDSCHUDDEND
Tot zo ver niks mis, tot ze wilden gaan. Een van de heren wierp zijn leeg blikje in de sloot langs de weg. Het meisje van ongeveer 15 keek hem bestraffend aan en schudde bestraffend het hoofd.
Alsof ze wilde zeggen ‘je kon dat drinken van onze belastingcenten en nu moeten wij de boel nog (laten) schoonmaken ook. Weer van onze belastingcenten.
Het antwoord was een obsceen gebaar en een van zijn maten gooide nu ook treiterend en provocerend zijn blikje weg. Lachend sprongen ze op hun fietsen (van onze belastingcenten), het meisje kreeg als afscheidsgroet een middelvinger.
Wat maakte ik me kwaad. Waren die talloze weg geworpen blikjes naar het AZC niet erg genoeg?


GOEDE NIEUWS         
Thuis werd het er aanvankelijk niet beter op. De kleinzoon zat te wippen op zijn stoel, uit de radio klonk ‘Europapa’, ik moest denken aan Don Mclean; ‘the day the music died.’ Toen beter nieuws. In ‘Duifke Lacht’ kon je lezen over een fabelachtige jonge duif van Belgische Jos Quix, de 1e Nationale Asduif KBDB KHF (Kleine Halve Fond).
Die heer Quix had zijn jongen voor het seizoen twee keer gelapt en tussen de vluchten door was er niet mee gereden. Hoewel ik zeker niemand aanbeveel Quix na te volgen toch een verademing in een tijd dat sommigen tot 3/4 maal per week de weg op gaan.